- Kernenergiewet:
- wetgeving specifiek voor kernenergie en algemene discussie over- en ontwikkeling van de Kernenergiewet
Oprichting Kernfysische Dienst
Nu de tweede Nederlandse kerncentrale in Borssele gebouwd gaat worden vindt de overheid dat er behoefte is aan een onafhankelijke toezichthouder en wordt de Kernfysische Dienst opgericht die 1 november haar werkzaamheden begint. De KFD (die onder het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid valt) moet toezien op de nucleaire installaties, de opslag en het transport van nucleair materiaal en de non-proliferatie (tegengaan van verspreiding) van nucleair materiaal en technologie.
Ook nieuwe eigenaar voor Borssele
Nadat Dodewaard in oktober al van eigenaar is verandert wordt nu ook productie sector van de PZEM (o.a. de kerncentrale Borssele) overgedragen aan de EPZ (Elektriciteits-Productiemaatschappij Zuid-Nederland, een fusie van de provinciale bedrijven van Noord-Brabant, Limburg en Zeeland). Volgens de nieuwe Elektriciteitswet uit 1989 moeten productiebedrijven zich bundelen en een minimum productie-capaciteit hebben van 2500MW. Het overdragen van de vergunning in het kader van de Kernenergiewet wordt in de nieuwe Elektriciteitswet in een speciale paragraaf geregeld.
Voorstel wijziging Kernenergiewet
De staatssecretaris van Milieu Van Geel stuurt zijn wetsvoorstel over de wijziging van de Kernenergiewet (KeW) naar de Tweede Kamer.
Het gaat daarbij o.a. om de volgende onderwerpen:
– het mogelijk maken om vergunningen voor nieuwe kerncentrales voor ten hoogste veertig jaar te verlenen; (uit de antwoorden van kamervragen later blijkt dat die 40 jaar verlengd kan worden na een nieuwe beoordeling)
– het mogelijk maken de aanvraag om een vergunning voor het oprichten van een kerncentrale van een verouderd type te weigeren;
– het opnemen van de verplichting voor de vergunninghouders van kerncentrales om financiële zekerheid te stellen voor de kosten die zijn verbonden aan de buitengebruikstelling en ontmanteling van een kerncentrale;
– het creëren van een sturingsmogelijkheid voor het bevoegd gezag op de keuze van de vergunninghouder voor het al dan niet opwerken van bestraalde splijtstoffen;
– vereenvoudiging van het bevoegde gezag voor de vergunningverlening op basis van de Kernenergiewet;
– het opnemen van een delegatiebepaling om bij of krachtens algemene maatregel van bestuur regels te kunnen stellen met betrekking tot het buitengebruik stellen en ontmantelen van kerncentrales (directe ontmanteling);
–het vaststellen van een uiterste sluitingsdatum voor de kerncentrale Borssele.
Maar als de beslissing genomen is om Borssele langer open te houden is de haast opeens weg en komen de wijzigingen van de KeW niet meer aan bod in dit kabinet.
Bilateraal verdrag nodig voor opwerking
De Franse wetgeving over de invoer en opslag van kernafval wordt aangescherpt. Dat betekent dat bij het sluiten van opwerkingscontracten er ook een verdrag tussen de landen (Nederland bijv.) gesloten moet worden waarin een datum voor terugzenden van het hoogradioactief afval is opgenomen.
In de nieuwe Kernenergiewet, hoewel onduidelijk is wanneer die er komt, zal, zo is waarschijnlijk, opwerking weer vergunningsplichtig worden en heeft de politiek er weer wat over te zeggen door het bilaterale verdrag. Voor Borssele betekent dit dat er geen splijtstof naar La Hague vervoerd kan worden voordat het verdrag met Frankrijk is goedgekeurd door de Kamer. En daarvoor is de herziening van de KeW (met de discussie over opwerken) weer belangrijk. Borssele heeft voldoende opslagcapaciteit om dat jaren uit te zingen.