- Internationale projecten:
- Nederland als deelnemer in internationale kernenergieobjecten (voor verdragen etc. zie: Buitenlands beleid)
Stork sluit natriumproject
De 50Mwth vloeibaar natrium-installatie bij Stork in Hengelo wordt gesloten. De installatie is vanaf 1969 in bedrijf en test de natrium-koeling zoals die in de kweekreactor in Kalkar moet gaan functioneren. Tot 1979 heeft er onderzoek plaatsgevonden, daarna heeft er “tot 1982 zogenaamd minimum bedrijf plaatsgevonden.“ De bouwkosten waren fl. 50 miljoen, maar de exploitatiekosten bedragen ook nog eens fl. 50 miljoen, en dan is er nog het natrium-vervolg-programma geweest waarvan de kosten fl. 55 miljoen bedroegen. Eind 1981 is al door EZ besloten het 50Mw circuit te ontmantelen, maar er is “toentertijd evenwel verzuimd hieromtrent overleg te voeren“ met de partners. In januari 1983 blijkt nog weer eens dat de industrie “geen enkele interesse“ heeft in het circuit: “O.i. rest ons dan niets anders dan afronden, dan de reiniging en de sloop”, schrijft de directeur-generaal aan de minister.
Notitie EZ over deelname Kalkar
De minister van EZ stuurt een (door z’n voorganger beloofde) notitie naar de Kamer over de volkenrechtelijke aspecten van de Nederlandse deelname in, en de beoordeling van de veiligheidsrisico’s van de bouw van de kweekreactor in Kalkar. Hieruit blijkt onder meer dat de uitgaven van Nederland aan Kalkar oplopen tot 1,1 miljard gulden. Hij neemt het officiële West-Duitse veiligheidsrapport over, maar vergeet te vermelden dat er een minderheidsstandpunt is die stelt dat er wel degelijk aanzienlijke risico’s zijn. Van Aardenne stelt verder dat Nederland niet uit Kalkar kan stappen, maar ook niet moet willen stappen om de ‘betrekkingen’ met het buurland niet onder druk te zetten. Regeringspartijen CDA en VVD zijn het met ‘m eens, PvdA wil er zo snel mogelijk uit stappen. In de Tweede Kamer wordt op 14 september een hoorzitting gehouden. Maar de standpunten liggen vast.
Een motie om uit Kalkar te stappen wordt op 8 november verworpen. Ondertussen is een eerste poging bij de Raad van State om de overeenkomsten tussen Nederland en Duitsland, waaruit zou moeten blijken of en onder welke voorwaarden Nederland uit Kalkar kan stappen, openbaar te maken mislukt. In de periode daarna komt er een stapel (juridische) adviezen, waarvan de meeste concluderen dat het mogelijk is uit Kalkar te stappen. In september 1985 beslist de Raad van State definitief dat de overeenkomsten niet openbaar hoeven te worden gemaakt.