- nieuwe centrales algemeen:
- algemene discussie over het bouwen van een of meerdere kerncentrales, tot het moment dat er een duidelijke locatie genoemd is of een locatiegebonden procedure begint
- Politieke partijen:
- verkiezingsprogramma’s, stellingnames en stemgedrag (van specifieke partijen)
Druk om niet akkoord te gaan met uitbreiding UCN
In het regeerakkoord voor het tweede kabinet Den Uyl (PvdA, D66 en CDA) dat bijna rond lijkt, is afgesproken de voorbereidingen voor de bouw van kerncentrales op te schorten en de beslissing tot bouw opnieuw te overwegen. In ruil voor het (voorlopig) uitstel van de bouw van nieuwe kerncentrales zou de PvdA haar verzet tegen uitbreiding van de UC-fabriek hebben opgegeven en een compromis met het CDA hebben bereikt.
Vanuit kerkelijke en universitaire kringen wordt een dringend beroep gedaan op de fracties die betrokken zijn bij de kabinetsformatie om uitbreiding van de UC-fabriek in Almelo te voorkomen. In de open brief aan de Kamerfracties wordt de omstreden leverantie van verrijkt uranium aan Brazilië in herinnering gebracht en wordt betoogd dat uitbreiding van UCN “een onomkeerbare stap is naar verdere uitbreiding van kernenergie in Nederland en West-Duitsland.“ Maar Lubbers ligt dwars en het tweede kabinet Den Uyl zal er niet komen.
"Hypotheek op de toekomst"
Twee dagen (17-18 juni) debatteert de Tweede Kamer over het voornemen van de regering minstens twee kerncentrales te bouwen. De VVD en CDA stellen als voorwaarde dat er een ‘verantwoorde oplossing’ gevonden wordt voor het kernafval en de locatie voor die tijdelijke bovengrondse opslag (wat een ‘verantwoorde oplossing’ wordt gevonden) in 1988 (als de definitieve vergunning voor de centrales verleend moet worden) bekend is. Ze gaan er van uit dat later (in de jaren 90) oplossingen voor definitieve ondergrondse opslag gevonden zullen vonden. Volgens de PvdA is daarmee “de hypotheek van de regeringspartijen op de toekomst volledig.“ Er zal een verkorte inspraakprocedure komen van drie maanden voor de vestigingsplaatsen van de kerncentrales die dan 1 november afgerond moet worden en dan kan het kabinet in februari 1986 een besluit nemen waar de centrales gebouwd gaan worden. In 1995 moeten die dan stroom gaan leveren. Uiteindelijk gaan de regeringspartijen CDA (met 3 tegenstemmende ‘dissidenten’) en VVD en klein rechts op 27 juni akkoord met de bouw van 2 kerncentrales, de linkse oppositie (PvdA, D66, PPR, PSP, EVP en CPN) stemt tegen.