- Borssele:
- (discussie over en realisering van) kernenergiecentrale op deze specifieke locatie
- Gemeenteraad:
- beleid van B&W en (al of niet gesteund door) gemeenteraad
KCB: vergunning compactopslag
De PZEM krijgt van de minister van EZ, V&M en SZ vergunning voor de zgn. compactopslag. Door het dichter bij elkaar plaatsen van de rekken in het koelbassin kan men veel meer splijtstof kwijt. Hetgeen niet onomstreden is. Met de nieuwe vergunning mag de kerncentrale “ten hoogste 200 ton uranium met een verrijkingsgraad van 3,3% U-235“ voor handen hebben. Dat is tot nu toe 71 ton. Op 7 mei gaat ook de gemeenteraad van Borsele akkoord,. Hoewel men tot nu toe zeer kritisch leek, blijkt alleen PvdA/PPR-fractie in de raad bij de stemming tegen. De gemeente Vlissingen, stapt naar de Kroon en gaat in beroep tegen de vergunning net als een aantal milieuorganisaties. Eind juli wijst de Raad van State alvast het schorsingsverzoek van de vergunning af. Ook wordt de vergunning gegeven voor de bouw van een opslaggebouw voor vast (laag-)radioactief afval op het terrein van de centrale.
Vergunning afvalgebouw KCB
Op 9 september heeft B en W van Borsele geweigerd de bouwvergunning af te geven voor een afvalopslaggebouw op het terrein van de kerncentrale. Reden is dat de minister in antwoordt op kamervragen zegt dat de mogelijkheid bestaat er ook hoog-radioactief afval in op te slaan. Dat is nieuw, zegt de gemeenteraad, en niet volgens de afspraak. In april het jaar daarvoor is de vergunning al afgegeven en in maart zijn er 160 bezwaarschriften tegen de vergunning ingediend. Na een beroep van de PZEM geeft eind november de commissie bezwaar en beroepschriften van de gemeente het advies wel een vergunning te verlenen. Op 8 december gaat de raad met 11 stemmen voor en 6 tegen akkoord met de bouwvergunning. De procedures worden door het hoofd Ruimtelijk Ontwikkeling gemeente Borsele een schoolvoorbeeld genoemd van hoe het niet moet. De kosten worden in 1981 begroot op f 2,9 miljoen.