Eerste actie tegen dumpingen in zee
Voor het eerst is er een demonstratie in IJmuiden tegen de dumpingen van Nederlands en Zwitsers radioactieve afval (dat per trein arriveert) dat enkele dagen later moet gaan worden. Een tiental leden van de Stroomgroep Stop kernenergie Haarlem zijn bij het overladen van het afval in het dumpschip ‘Topaz’ aanwezig en de actie haalt het tv-journaal die avond. In de week erna vraagt VMD een verbod op dumpingen en medewerking aan dumping van buitenlands afval.
Aankondiging Brede Maatschappelijke Discussie
De aankondiging door de minister van Economische Zaken Gijs van Aardenne tot versnelde uitvoering van de proefboringen én een brede maatschappelijke discussie. Van Aardenne schrijft dat het van belang is binnen afzienbare tijd een beslissing te nemen over de vraag in welke omvang kernenergie zal kunnen worden toegepast. De AER adviseert een maatschappelijke discussie over kernenergie, waaraan drie doelstellingen ten grondslag moeten liggen
1- objectivering en aanvulling van informatie
2- deelneming van bevolking bij meningsvorming,
3- registratie van meningen
De discussie zal twee jaren moeten duren, waarna regering en parlement een beslissing gaan nemen. Aan het eind van ‘t jaar zal een precieze opzet gepubliceerd worden. Van Aardenne schrijft dat door die discussie de bouw van kerncentrales een paar jaar vertraagd zal worden en Nederland niet voor 1990 op grote schaal kernenergie zal kunnen inzetten. Maar daar moet de discussie toch over gaan? Een andere adder onder het gras is dat Van Aardenne versnelde proefboringen wil naar de mogelijkheid om kernafval in zoutkoepels op te slaan, om de resultaten daarvan in de BMD mee te kunnen nemen. Er is veel kritiek op het voorstel: de regering bepaald wat ter discussie staat en kernenergie wordt in het voorstel bij voorbaat onvermijdelijk genoemd.
Enorme opkomst demonstratie Gasselte
Opnieuw wordt duidelijk hoe groot de weerstand tegen de mogelijke opslag van kernafval in zoutkoepels in het noorden van het land is. In het kader van de internationale actiedagen tegen kernenergie wordt in het Drentse Gasselte een demonstratie georganiseerd waar ruim 25.000 mensen aan meedoen.
Basisnotitie ontwikkeling nieuwe criteria
Milieuminister Ed Nijpels (VVD) brengt de ‘Basisnotitie ten behoeve van de ontwikkeling van een toetsingscriterium voor de ondergrondse opberging van radioactief afval’ (TOR) uit, met een inspraakprocedure. Bij het zoeken naar criteria lijkt men de geologische in te gaan ruilen voor radiologische criteria. Waar het de regering in essentie omgaat, aldus de milieuorganisaties in hun kritiek, is door middel van een stralingsdosislimiet vast te stellen hoeveel doden de opslag van kernafval de Nederlandse bevolking waard is, en zeggen daar niet in mee te gaan. De fundamentele vraag zou moeten zijn of toekomstige generaties moeten worden opgezadeld met de risico’s van opgeslagen kernafval, terwijl die generaties in de verste verte geen nut hebben van het gebruik van kernenergie nu. Ook is de TOR-nota a-historisch, omdat op geen enkele manier verwezen wordt naar de discussie rond de ICK-criteria. Er wordt geen melding gemaakt van deze belangrijke geologische en geohydrologische criteria. Daarom, zeggen de milieuorganisaties, is de nota en dus de door VROM geboden inspraak volstrekt onvolledig. Er zijn twee hoorzittingen, een in Utrecht en een in Groningen, dit terwijl de zoutkoepels waar het om gaat in de provincies Groningen, Friesland, Overijssel, Drenthe en Gelderland liggen. De inspraak tot 26 oktober levert 4300, vooral afwijzende, reacties op, onder meer over de slechte leesbaarheid van de nota.
Vergunningsaanvraag nieuwe locatie Covra
Nadat in maart 1988 de procedure voor een locatie dichter bij het dorp door de enorme protesten door de gemeente Borsele is stilgelegd, vraagt de Covra nu een vergunning aan voor een verwerkings- en opslagfaciliteit voor al het in Nederland geproduceerde radioactief voor de nieuwe locatie op het industriegebied Sloe. Het gaat om een bouwvergunning, een vergunning krachtens de Kernenergiewet en een vergunning krachtens de Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren.
De Covra verwacht in 1989 alle noodzakelijke vergunningen in haar bezit te hebben, zodat uiterlijk 1990 met de bouw begonnen kan worden. Dit gaat dan om het laag- en middelradioactief afval (dat nu nog tijdelijk opgeslagen ligt op het ECN-terrein). Het zal zoveel mogelijk samengeperst en in stalen 200-liter vaten verpakt die in beton gegoten zullen worden. Ook komen er twee ovens voor de verbranding van met radioactiviteit besmette organische vloeistoffen en kadavers. Vanaf 1998, verwacht men nu, zal ook het warmte-producerende hoogradioactief afval terug kunnen komen van de opwerkingsfabrieken.
Twee maanden later zegt een ambtenaar op en conferentie dat “bij de plannen van de Covra ruimte gereserveerd wordt om uiteindelijk 140.000 kubieke meter afval te bergen.“ Dat houdt een toename van kernenergie met 4000 MW in. Bij de voorziening voor hoogactief afval (de HABOG) gaat men uit van minstens 3.000 MW kernvermogen erbij. Dit is tegelijkertijd een van de bezwaren van de milieubeweging: er wordt vooruitgelopen op een beslissing om nieuwe kerncentrales te bouwen. Daarom wil men een COBRA (Centrale Opslag Bestaand Radioactief Afval). Ook is er weinig inzicht in de stralingsrisico’s bij transport en opslag. Maar een belangrijk bezwaar is ook dat de faciliteit buitendijks gebouwd wordt, terwijl bekend is dat verstrekkende klimaatgevolgen er aan komen die gepaard gaan met zeespiegelstijging, overstromingen en vloedgolven.
Meerjarig onderzoeksprogramma
Minister Andriessen stuurt de ‘Voortgang van een meerjarig onderzoeksprogramma’ naar de Kamer, waarin een overzicht van de programma’s waar de overheid bij betrokken is.
* PINC (Programma Instandhouding Nucleaire Competentie) - onderzoek naar veiligheid in tweede generatie reactoren blijft doorgaan. Steeds meer aandacht gaat uit naar nieuwe reactorontwerpen, waarbij het, volgens een studie van EZ, nog maar de vraag is of de derde generatie, (“zo al op de markt, dan toch zeker niet voor 2005”) veiliger zal zijn dan de tweede generatie. Daardoor “wordt de aandacht meer in de richting van ‘inherente veiligheid gelegd”. Maar internationale afspraken zijn er echter nog niet “ondanks diverse pogingen mijnerzijds”.
* Radioactief afval – gezien “het belang van het actinidenonderzoek” is er een Rijksbijdrage verstrekt aan het onderzoeksprogramma bij het ECN (f 2 mln.). OPLA (Onderzoek Opberging te Land) programma (fase 1a) is in volle gang, er zijn 20 studies bezig naar veiligheid, (terug)haalbaarheid en directe opslag.
* HFR – “voor de periode 1992-1995 gaat voor deze reactor een nieuw meerjarenprogramma lopen. Veel HFR-projecten vormen onderdeel van breder internationale samenwerkingsverbanden en zijn daarmee het toegangskanaal naar internationale kennis en ervaring.”
Bij de behandeling van Andriessen’s brief op 17 maart, pleit de minister nogmaals voor kernenergie en stelt dat kernenergie de inzet van de komende verkiezingen moet worden. Verder deelt hij mee dat in 1993 alle rapporten over kernenergie afgerond zullen zijn. CDA en VVD willen in 1996 een beslissing en de PvdA pas in 2010 als er compleet (‘inherent’) veilige kerncentrales in ontwikkeling zijn.
Lees hier de nota Andriessen [pdf, 5.3MB]
Weer geld naar Covra
Het ‘plan van aanpak’ (dat nu ‘businessplan’ heet) dat de Covra in mei 1995 publiceert om uit de bestuurlijke en financiële problemen te komen komt met een simpele oplossing: het ministerie van VROM moet de komende 10 jaar nog eens 30 miljoen gulden (€13,6m) in de Covra stoppen. Volgens de directie is alleen op deze wijze een debacle te vermijden, “want de verliezen blijven de komende jaren groot.“
Als reactie zet VROM de 10 miljoen gulden (€4,5m) lening die het bedrijf eind 1994 kreeg om in een exploitatiesubsidie en dat is nodig om de verliezen over '94/'95 te dekken. In december '96 wordt bekend dat de ministeries van VROM en EZ in totaal 50 miljoen gulden gaan betalen om het bedrijf gezond te maken. Er is jaarlijks ongeveer een verlies van 6 miljoen gulden. De directeur noemt het “wel riant“ dat het Rijk bij wil springen. Steeds weer wordt genoemd dat de “stagnerende uitbreiding van kernenergie in Nederland" een reden van de verliezen is. Maar met deze injectie, zegt Covra, moet het wel lukken.
Afvalbeleid van EZ naar VROM
Tot nu toe is de primair verantwoordelijke voor het onderzoek op het gebied van radioactief afval het ministerie van EZ. Dat is “te begrijpen vanuit het historisch gezichtspunt, waarbij Economische Zaken pleitbezorger was van de introductie van nucleair elektriciteitsvermogen.” Maar dat gaat nu veranderen: “Inmiddels kan geconstateerd worden dat Economische Zaken –zeker na de liberalisering van de elektriciteitsmarkt- niet langer een brandstofinzetbeleid voor de elektriciteitsproductiesector kent en daarmee ook niet langer pleitbezorger is voor de inzet van nucleair vermogen. Daarmee is het radioactief afvalbeleid –net als het overige afvalbeleid- er veeleer een geworden dat primair dient te vallen onder de beleidsverantwoordelijkheid van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.” EZ blijft echter wel primair verantwoordelijk voor het energiebeleid en dus ook voor kernenergie.
Staat koopt alle aandelen Covra
De Staat der Nederland is 100 % aandeelhouder geworden in de Covra N.V.. Op 15 april is de overeenkomst getekend met de drie voormalige aandeelhouders; de EPZ (eigenaar van de kernenergiecentrale Borssele), met de GKN (eigenaar van de gesloten kernenergiecentrale Dodewaard), en met het Energieonderzoek Centrum Nederland. Met de overdracht kopen EPZ voor 45 miljoen euro en GKN voor 11 miljoen euro alle kosten af die moeten worden gemaakt voor de opslag van hun hoog radioactief afval nu en in de toekomst. ECN zal de verplichtingen op jaarbasis voldoen. Al in 1996 is de Kamer op de hoogte gesteld van dit voornemen. Er is langer over onderhandeld dan gepland (de intentieverklaring is al in december 2000 getekend), vooral over de zekerheden dat het risico voor Covra en Staat gering is. In 1998 zegt de Covra-directeur dat, nu de bedrijven zich commerciëler op moeten stellen, het logisch is dat ze van de Covra-aandelen afwillen: dan “raken ze een risico kwijt.” Volgens de minister is ook “de geringe rol die kernenergie zal spelen bij de toekomstige elektriciteitsproductie“ een reden. Er ligt een door de Kamer in 2000 overgenomen advies dat de kerncentrales na sluiting aan de Covra moeten worden overgedragen.
Energierapport "Nu voor later'
Minister Brinkhorst (EZ) publiceert ‘Nu voor later’ het Energierapport 2005, waarin kernenergie een bescheiden rol speelt (1,5 pagina), met als conclusies: meer energiebesparing, groter aandeel duurzame energie; meer innovatie en spreiding van energiebronnen zijn noodzakelijk. “Naast kolen is kernenergie in Europa van blijvende betekenis ter overbrugging naar een duurzame energiehuishouding. Bouw van nieuwe centrales in Nederland ligt om diverse redenen niet voor de hand.” “Maar gelet op de voorzieningszekerheid op langere termijn kan het kabinet een toename van het gebruik van kernenergie niet uitsluiten". En stelt heel duidelijk dat “het initiatief aan de marktpartijen“ is. Verder zal het nucleaire onderzoek op peil worden gehouden, omdat “het kabinet hecht aan het behoud van de bestaande nucleaire expertise.” Er worden “randvoorwaarden“ aangekondigd zodat “glashelder“ is waar “eventueel“ te bouwen kerncentrales in de toekomst aan moeten voldoen, waarbij de aandacht in het bijzonder uit gaat naar financiële zekerheid van de “afvalproblematiek en de nazorg.” Intussen wil de regering wel de zeggenschap over de bodem naar zich toetrekken. Zo staat het in de Mijnbouwwet. Maar het Noorden eist dat de Kamer dit tegenhoudt. Dit gebeurt in maart 2006.
Nu voor later. Energierapport 2005 [pdf]