- Internationale projecten:
- Nederland als deelnemer in internationale kernenergieobjecten (voor verdragen etc. zie: Buitenlands beleid)
- Start:
- opening (geen bouwbegin) van installatie of oprichting van organisatie
Noors-Nederlandse samenwerking feit
Nadat Noorwegen al had ondertekend doet de Nederlandse delegatie dat nu ook en daarmee is de nucleaire onderzoekssamenwerking tussen Noorwegen en Nederland een feit. Men besluit de samenwerking JENER te noemen: Joint Establishment for Nuclear Energy Research. De financiële bijdrage van Nederland voor 1951-1952 wordt geschat op f 350.000 die al grotendeels op is aan het omzetten van het uraniumoxide.
Met dit samenwerkingsverdrag zijn Nederland en Noorwegen in één klap niet alleen vergelijkbare landen zoals België en Zweden voorbijgestreefd, maar ook Frankrijk, dat vóór de tweede wereldoorlog helemaal vooraan had gelegen in fundamenteel kernfysisch onderzoek.
Noors-Nederlandse reactor kritisch
In Kjeller, Noorwegen, wordt de JEEP-reactor (Joint Establishment Experimental Pile) met een vermogen van 250kW van het JENER voor het eerst kritisch. Buiten de landen met militaire nucleaire programma’s is dit waarschijnlijk de eerste kernreactor (Canada, dat al in september 1945 de experimenteel ZEEP-reactor opende, was betrokken bij het Manhattan project). Nederland ruilt 6 ton uraniumoxide (103 vaten worden naar Engeland gestuurd) voor metallisch uranium met Engeland, en betaalt 50.000 gulden per ton bij. Pas hiermee wordt de aanwezigheid van het uranium in bredere kring bekend. Het metallisch uranium wordt gebruikt als splijtstof en Noorwegen zorgt voor het zwaarwater. Het grafiet wordt van Frankrijk gekocht. Volgens de overlevering wordt door iedereen die op 30 juli aanwezig is, de Engelsman Dunworth (die als enige ooit een in werking zijnde reactor had gezien) scherp in de gaten gehouden, zodat wanneer hij begint te rennen, ook zij de vlucht kunnen nemen. Op 28 november is de officiële opening.
Eurochemic opgericht
Nederland ondertekent (samen met nog 11 Europese landen) het Verdrag ‘nopens de oprichting van de Europese Maatschappij voor de chemische bewerking van bestraalde reactorbrandstof (Eurochemic)’. Nederland neemt voor een bedrag van 1,5 miljoen gulden deel. Het is een opwerkingsfabriek die gebouwd moet gaan worden om de totale afhankelijkheid ten opzichten van de VS en de VK te niet te doen. De experimentele opwerkingsfabriek wordt uiteindelijk in Mol (België) gebouwd en al voor het in bedrijf nemen staat vast dat het verliesgevend zal zijn en lang zal blijven.