- Opwerking:
- (discussie over) opwerken van splijtstof uit kerncentrales, de contracten, plutonium-productie en gevolgen
Compactopslag Dodewaard
De kortgeding rechter acht zich niet bevoegd een uitspraak te doen over de eis voor sluiting van de centrale in Dodewaard. Alleen de Raad van State kan dat volgens hem. Het kort geding is aangespannen over de vergunningen die afgegeven zijn voor de opslag van splijtstofelementen in het koelbassin. Nadat de GKN extra rekken heeft geplaatst, en daarmee het probleem volgens hen (en in eerste instantie ook Van Aardenne –EZ) opgelost is, worden in de aanloop naar het kort geding, op last van de minister van EZ, de rekken weggehaald. De rekken zijn clandestien geplaatst, want daarvoor is een wijziging van de inrichtingsvergunning noodzakelijk, en die is niet afgegeven. Volgens de bewindsman is er nog wel tot 1983 ruimte. Afvoer van de splijtstof is problematisch, de opwerkingsfaciliteit in Sellafield is nog niet eens in bedrijf en de contracten zijn weliswaar geheim, maar duidelijk is wel dat het afval ook teruggestuurd kan worden. Verder is er grote moeite bij de Kamer om een contract dat ze niet mogen zien, goed te keuren. Een jaar later corrigeert het Gerechtshof de kort geding rechter: hij had wel een uitspraak moeten doen. Hierdoor kunnen organisaties en burgers nu wel rechtstreeks tegen een particuliere organisatie (als een kerncentrale) procederen.
Geheimhouding opwerkingscontracten
Er is regelmatig veel discussie in de Tweede Kamer over opwerkingscontracten van Dodewaard en Borssele. Behalve dat de contracten geheim zijn vallen de contracten ook slecht omdat dat vooruitlopen is op de BMD die immers over de toekomst van kernenergie zal gaan. Op 30 januari 1980, na maanden discussie, stelt Van Aardenne (min EZ) dat “gezien het feit dat bij dit alles het functioneren van de kernenergiecentrale te Borssele en Dodewaard in het geding is (…) dat goedkeuring van het wetsontwerp zo spoedig mogelijk zal moeten plaatsvinden.“ De Kamer blijft in eerste instantie bij haar standpunt dat de contracten waar ze over moeten besluiten dan ook openbaar moeten zijn, maar de Regering geeft niet toe. Op 24 september 1980 beslist Van Aardenne nogmaals dat hij niet tegemoet komt aan de Kamer en de contracten openbaar maakt. Ondertussen is er een contract uitgelekt tussen Zweden en Cogema. Hoewel de minister altijd heeft gezegd dat het standaard contracten zijn, zegt hij nu dat een aantal van de bepalingen (o.a. een boeteclausule bij –niet tijdig- terugnemen van afval) niet in de Nederlandse contracten staat. Ook is de hoeveelheid afval die volgens het Zweedse contract teruggestuurd wordt veel groter dan altijd beweerd door Van Aardenne.