- Instituten:
- onderzoeksinstituten
- RCN:
- Reactor Centrum Nederland in Petten, tot 1976 (zie ECN voor periode na 1976) Zie HFR voor Hoge Flux Reactor
Reactor integreren in reactorcentrum
De Raad van Bestuur van FOM dient een ‘Voorstel tot bouw van een reactorcentrum van 10.000 kW (warmteproductie) in Nederland’ in bij de ministeries van OK&W, EZ & Financiën waarin de Noors-Nederlandse Fase-2 NUPOP reactor geïntegreerd is in een ‘Reactorcentrum’. Geplande kosten: f 28 miljoen plus 1 miljoen jaarlijkse exploitatiekosten de eerste drie jaar. De Staat neemt de helft van dat bedrag voor haar rekening, KEMA en de industrie de andere helft.
Overleg over 'reactorcentrum'
Overleg start over het opzetten van een zelfstandige organisatie voor bouw en bedrijf van ‘een reactorcentrum’ door 2 vertegenwoordigers van FOM, Staat, KEMA (elektriciteitsmaatschappijen) en industrie, daarom heet dit ook wel de ‘Commissie van Acht’. De Reactor Commissie (de Nederlandse tak van de Noors-Nederlandse samenwerking) moet terzijnertijd opgaan in de nieuwe stichting. Meteen blijken er grote verschillen te bestaan over bijv. reactorontwerp dat door de Noors-Nedelandse samenwerkingscommissie was gekozen.
Eerste nota over kernenergie-onderzoek
De ministers van OK&W, Cals, en EZ, Zijlstra, bieden de Kamer de ‘Nota inzake het in Nederland te verrichten onderzoek op het gebied van kernreactoren en hun toepassingen’ aan. De nota gaat vrijwel uitsluitend over (de oprichting van) het RCN. De eerste constatering is dat het zwaartepunt zich steeds meer zal bewegen van Onderwijs naar Economische Zaken en de minister van EZ zal dan ook als eerste verantwoordelijke optreden. In feite is dit het eindadvies van de Commissie van Acht, bewerkt door een interdepartementale commissie ad hoc.
In het laatste deel van de nota (‘VI, Uitvoering der plannen’) staat: “De plannen, welke het uitgangspunt vormden bij de opzet van de samenwerking en welke in eerste instantie de bouw van de z.g. Nupop met een warmteproductie van 10 000kW beoogden, zijn in belangrijke mate gewijzigd“. Vervolgens wordt voor het eerst melding gemaakt van besprekingen met de VS over de bouw van een ‘materials testing reactor’ te komen. De RCN zal zich gaan richten op de Suspop, maar “de eerste fase van de Suspop-ontwikkeling zal door de RCN aan de KEMA worden toevertrouwd“. De Suspop is de suspensiereactor die de KEMA al in ontwikkeling heeft.
Bij de behandeling is er weinig kritiek, wel vraagt de PvdA zich af of er niet een kamerbrede adviescommissie voor kernenergie moet komen. Minister Zijlstra is echter dermate door atoomenergie gefascineerd dat hij het beleid in handen wil houden en niets voelt voor een "regeringscommissariaat". De nota wordt in december voor kennisgeving aangenomen.
RCN opgericht
Voor de notaris in Den Haag wordt op 5 juli door FOM, Staat, elektriciteitsbedrijven (KEMA) en industrie de Stichting RCN opgericht. De Raad van Bestuur bestaat uit de ‘Commissie van Acht’. De RCN gaat het nucleair reactor werk overnemen van FOM, die alleen nog maar fundamenteel onderzoek blijft doen.
Op 19 juli is de officiële start van het Reactorcentrum Nederland (RCN). Zijlstra, de minister van EZ zegt in zijn rede dat er “samen met Noorwegen een experimentele reactor” gebouwd gaat worden, maar dat (‘Fase 2’) is dan feitelijk al van de baan. Hij zegt wel dat er de dag ervoor een overeenkomst met de VS is getekend, echter zonder te zeggen dat daarin staat dat de VS helpt bij de bouw van een reactor. Ook vermeldt hij contacten met de Engelse Atomic Energy Authority (UKAEA) in verband met de suspensiereactor.
Contract voor HFR; RCN in Petten
Nadat in september 1955 door FOM aan 13 Amerikaanse bedrijven gevraagd was een offerte te maken, wordt op 16 mei het contract getekend met het Amerikaanse ACF voor de bouw van de Hoge Flux Reactor. Volgens een vertrouwelijke mededeling van de directeur van het RCN, Milatz, kost de HFR volgens het contract US$1.991.250,-. Een dollar is dan ongeveer 3 gulden en 60 cent. De Amerikaanse overheid ‘schenkt’ in juni overigens een bedrag van 350.000 dollar voor de reactor.
Een locatie voor de reactor is er echter nog niet. In oktober is er een lijst met 30 mogelijke locaties; op de Waddeneilanden, de Veluwe en de Zeeuwse eilanden. Op 14 december komt er een aanbeveling om het Reactor Centrum Nederland te vestigen in de duinen ten noorden van Petten. Het gebied is in handen van Staatsbosbeheer en 25 ha (met een optie op nog eens 50) wordt in erfpacht verkregen.
Scheepsreactoren
De ‘Stichting Kernvoortstuwing Koopvaardijschepen’ (SKK) wordt opgericht door 11 reders en werven met in het bestuur ook vertegenwoordigers van RCN, TNO en TH Delft. In opdracht van deze stichting wordt wat werk gedaan door de RCN, maar de activiteiten lopen al snel terug. In 1958 geeft de NV Scheepsbouwbelangen, een kleinere groep werven, opdracht aan het RCN om een meer gedetailleerde studie uit te voeren naar mogelijkheden van een scheepsreactor, die ook de belangstelling van de Koninklijke Marine heeft. Deze studie, die zich baseert op de drukwaterreactor, zal zich gaan ontwikkelen tot het NERO-project (Nederlands Eerste Reactor Ontwerp) en een belangrijk deel van het RCN-programma gaan bepalen.
Eerste nummer Nederlands vakblad
“Hierbij heb ik het genoegen U het eerste nummer aan te bieden van een maandelijks te publiceren RCN-Bulletin. Hierin zullen mededelingen en berichten worden opgenomen uit de vakliteratuur, terwijl daarnaast door medewerkers van het RCN van tijd tot tijd aandacht zal worden besteed aan een belangrijk aspect van de ontwikkeling van de toepassingen der kernenergie.” Zo begint het eerste nummer van dit ‘vakblad’ (f 15,- per jaar). Opvallend is dat er relatief weinig aandacht is voor de Nederlandse ontwikkelingen, men richt zich vooral op technische verhalen en optimistische verwachtingen over bouwprogramma’s uit de VS en de VK. En tekenend is dat kernenergie vrijwel altijd met een hoofdletter K geschreven wordt. Wegens "groot succes" wordt de naam vanaf januari 1959 veranderd in ‘Atoomenergie en haar toepassingen’. Dit blad zal blijven bestaan tot eind 1976, wanneer de naam verandert wordt in ‘Energiespectrum’. Het RCN heet dan ook al ECN.
Defensie betaald reactoronderzoek
RCN tekent een 4-jarig associatiecontract met Euratom voor de uitvoering van het door RCN ontwikkelde NERO reactor concept. NERO (Nederlands Eerste reactor Ontwerp) is een drukwaterreactor voor scheepsaandrijving. NERO wordt de komende jaren bepalend voor de werkzaamheden van het RCN. Euratom betaald 40%, Defensie de andere 60%. Hiervoor moeten de statuten van RCN wel aangepast worden: het ontwerp wijkt namelijk af van wat voor civiel gebruik wenselijk is en het is onduidelijk of de zinsnede in de statuten “ten behoeve van vredesdoelen” alleen het maken van kernwapens uitsluit of alle werkzaamheden voor defensie-doeleinden.
RCN verantwoordelijk voor verrijkingsonderzoek
De regering verzoekt het RCN de rechtstreekse verantwoordelijkheid voor het verrijkingsproject, voorlopig voor een periode van drie jaar, op zich te nemen. Aan het einde van die periode verwacht de regering een definitief antwoord op de vraag of verrijking van uranium volgens de ultracentrifugemethode mogelijk zal zijn tegen een kostprijs beneden de prijs waarvoor (via gasdiffusie) verrijkt uranium in de Verenigde Staten te koop is. In dit nieuwe kader wordt de industriële participatie uitgebreid en krijgt TNO opnieuw een aandeel in de werkzaamheden. Aan de Wenckebachweg, vlak bij het Amstelstation, in wat nog de gemeente Duivendrecht is, wordt een laboratorium gebouwd dat midden 1963 klaar is, om het onderzoek voort te zetten en te concentreren. Financiering komt nu uit het ‘Nucleair Ontwikkelingsfonds’ van het ministerie van Economische Zaken.
Geld voor ATHENE-reactor
In mei 1960 was door de Technische Hogeschool Eindhoven bij het RCN de opdracht geplaatst om een reactorontwerp op te stellen, omdat al in 1958 het idee was ontstaan voor een eigen reactor op de net opgerichte TH. Het idee lijkt echter weinig kans van slagen te hebben totdat eind ’62 door minister Cals (van OK&W) opeens extra geld ter beschikking wordt gesteld voor de bouw van de ATHENE (Atoomkernreactor TH Eindhoven NEderland).
Bij het ontwerpbureau van het RCN is men echter zo verbaasd dat dit 4 jaar oude idee alsnog geld krijgt, dat men in eerste instantie geen idee heeft wat te bouwen. Men verzint “een variatie op de LFR” en daar neemt iedereen genoegen mee. Dan duurt het nog jaren voor offertes aangevraagd kunnen worden.