- Internationale projecten:
- Nederland als deelnemer in internationale kernenergieobjecten (voor verdragen etc. zie: Buitenlands beleid)
- Kosten/budget:
- kostenoverzicht van- of budget voor kernenergie (-object)
Fase 2 Noors-Nederlandse samenwerking
Het Joint Committee (het 'dagelijks bestuur') van de Noors-Nederlandse samenwerking besluit formeel tot Fase 2: de bouw van een onderzoeksreactor in Nederland. Men kiest voor de NUPOP: Natural Uranium Power Only Pile.
Geschatte kosten (in miljoen gulden):
- fl. 9 bouwkosten
- fl.12 voor 14 ton zwaarwater
- fl. 2 voor eerste splijtstoflading
Geen verdere financiering NERO
De nieuwe minister van EZ, KVP’er De Block besluit prioriteit te geven aan het kweekreactor onderzoek en het NERO project niet verder te financieren. RCN schikt zich daarin en cancelled in het driejarenplan 1968-1970 de eigen reactorontwikkeling. Een definitief besluit over NERO wordt nog tot 1969 uitgesteld.
De aandacht van het RCN gaat vervolgens volledig naar het onderzoek naar kweekreactoren. In totaal is er f 105 miljoen aan onderzoek naar de scheepsreactor uitgegeven. Ook aan het gebruik van KRITO komt hierdoor een einde. De KRITO-installatie wordt omgebouwd tot STEK, het snel-thermisch gekoppelde experiment in KRITO, voor onderzoek naar snelle kweekreactoren. Deze wordt op 22 mei 1969 voor het eerst kritisch.
Proefopstelling natriumkoeling
De eerste paal wordt geslagen van een 50MWth natriumkoelcircuit bij Stork in Hengelo ten behoeve van het onderzoek over natriumkoeling in kweekreactoren (en spoedig specifiek voor Kalkar). Met de bouw is ruim 2 jaar en een bedrag van ruim 50 miljoen gulden gemoeid. De installatie wordt gebouwd door Neratoom en zal tot eind zeventiger jaren onderzoek doen ten behoeve van Kalkar.
Kalkar voor Nederland 115 miljoen duurder
In antwoorden op kamervragen deelt minister Lubbers mee dat de Nederlandse bijdrage in de bouw van de kweekreactor in Kalkar 115 miljoen hoger zal zijn. De kosten worden nu geschat op 2.25 miljard gulden. Door de stijging zal de Nederlandse bijdrage geen 225 miljoen maar 340 miljoen gulden worden. De bedoeling was dat de reactor aan het einde van 1979 klaar zou zijn. Dit zal nu zeker 13 tot 16 maanden later worden, dus in 1981.
Plafond aan Nederlandse Kalkar-bijdrage
Door de almaar stijgende kosten van de bouw van Kalkar komt er een plafond op de Nederlandse deelname. Nederland (net als België) neemt voor 15% deel in de kosten, maar nu is daar ook een maximumbedrag aan gekoppeld: DM 480 miljoen (ruim 500 miljoen gulden), zijnde 15 % van 3,2 miljard, de geschatte kosten op 1-1-1981. Dat betekent opnieuw 150 miljoen meer, want de vorige beramingen waren een bijdrage van 333 miljoen.
Maar de schatting van de totale kosten van Kalkar zijn nu al opgelopen tot 4,7 miljard DMark en de oplevering van de reactor, oorspronkelijk voorzien in 1979, zal nu plaatsvinden eind 1985. Er is nogal wat oppositie om het bedrag te verhogen, maar de minister zegt dat eruit stappen fl 200 miljoen duurder zal zijn door schadevergoedingen.
Kalkar kost Nederland een miljard
Volgens een uitzending van de IKON heeft Kalkar Nederland veel meer gekost dan afgesproken en bekend. In juni 1981 is er een plafond (maximum) voor de kosten afgesproken: 480 miljoen. Volgens de uitzending is er ongeveer een miljard uitgeven, ruim twee keer zoveel. Er breekt paniek uit op het ministerie als men lucht krijgt van de uitzending en de minister van EZ krijgt een brief (‘Spoed en vertrouwelijk’) van z’n hoogste ambtenaar, waarin de minister wordt voorbereid “op grond van het feit dat u hierover gevraagd zou kunnen worden.“ De teneur: het klopt maar is zeker niet “onder de tafel gehouden.“ Naast de bouwkosten (480 miljoen) is er het natrium-programma (Stork, 155 miljoen), en de kosten van R&D (ECN, TNO en Neratoom, 325 miljoen) en nog wat kleine dingetjes. “De bewering dat Kalkar aan ons land in totaal dus f 1 miljard gaat kosten is dus korrekt.“
Op 2 oktober is in Kalkar de (wat de organisatoren noemen) “laatste vreedzame betoging“ tegen de kweekreactor, waar ongeveer 20.000 mensen aan deelnemen. In de nacht ervoor ontploffen een aantal bommen bij toeleveringsbedrijven in Duitsland.
Notitie EZ over deelname Kalkar
De minister van EZ stuurt een (door z’n voorganger beloofde) notitie naar de Kamer over de volkenrechtelijke aspecten van de Nederlandse deelname in, en de beoordeling van de veiligheidsrisico’s van de bouw van de kweekreactor in Kalkar. Hieruit blijkt onder meer dat de uitgaven van Nederland aan Kalkar oplopen tot 1,1 miljard gulden. Hij neemt het officiële West-Duitse veiligheidsrapport over, maar vergeet te vermelden dat er een minderheidsstandpunt is die stelt dat er wel degelijk aanzienlijke risico’s zijn. Van Aardenne stelt verder dat Nederland niet uit Kalkar kan stappen, maar ook niet moet willen stappen om de ‘betrekkingen’ met het buurland niet onder druk te zetten. Regeringspartijen CDA en VVD zijn het met ‘m eens, PvdA wil er zo snel mogelijk uit stappen. In de Tweede Kamer wordt op 14 september een hoorzitting gehouden. Maar de standpunten liggen vast.
Een motie om uit Kalkar te stappen wordt op 8 november verworpen. Ondertussen is een eerste poging bij de Raad van State om de overeenkomsten tussen Nederland en Duitsland, waaruit zou moeten blijken of en onder welke voorwaarden Nederland uit Kalkar kan stappen, openbaar te maken mislukt. In de periode daarna komt er een stapel (juridische) adviezen, waarvan de meeste concluderen dat het mogelijk is uit Kalkar te stappen. In september 1985 beslist de Raad van State definitief dat de overeenkomsten niet openbaar hoeven te worden gemaakt.
Superphenix definitief stilgelegd
Nadat in 1988 al een discussie is gevoerd of de reactor niet beter voorgoed stilgelegd zou kunnen worden, maar toch in april 1989 (na twee jaar stil gelegen te hebben) weer opgestart is, wordt nu definitief besloten de Superphenix in het Zuid-Franse Malville te ontmantelen. In juni ‘92, als de reactor al weer sinds juli 1990 stil ligt, wordt een vertrouwelijk rapport bekend van het Directoraat van de Veiligheid van Nucleaire Installaties, waarin staat dat ze het onmogelijk acht de reactor “conform de strikte veiligheidsregels“ weer in bedrijf te nemen. De reactor die in 1985 in bedrijf ging heeft dan precies 174 dagen op vol vermogen gedraaid. In september ’94 wordt Superphenix als onderzoeksreactor en als plutonium-verbrander in plaats van –kweker, weer opgestart. Op 19 juni 1998 beslist het nieuwe Franse kabinet tot definitieve stillegging in plaats van zoals gepland in 2020. Begin 1998 wordt dat beleidsvoornemen bevestigd. De reactor heeft dan in totaal het equivalent van 278 dagen op vol vermogen gedraaid in die 12 jaar! De kosten van ontmanteling worden in 2004 op 880 miljoen euro geraamd. Daar komt dan nog 580 miljoen euro bij voor “post-operational costs.“
In totaal is er ruim 486 kilo Nederlands plutonium (43,2 kg van GKN en 443,1 kg van PZEM –dus veel meer dan de in december 1984 genoemde 240 kg) naar toe gegaan.
Nederland (in de vorm van de SEP) heeft DM 28,9 miljoen (ruim 30 miljoen gulden) voor investeringskosten betaald, en tussen 1986 en 1990 per jaar FF 54,5 miljoen (18 miljoen gulden) voor exploitatie en rentelasten (1,7%). In de periode 1990-1997 zal ongeveer een zelfde bedrag per jaar uitgegeven zijn, maar ontbreken cijfers.