- Verrijking:
- onderzoek naar en ontwikkeling van verrijking (tot 1969, daarna zie: Urenco/UCN)
Namibië onafhankelijk; proces stopgezet
Zuid-Afrika trekt zich terug uit Namibië dat onafhankelijk wordt. Dit heeft onder meer tot gevolg dat het proces aangespannen door de VN Raad voor Namibië tegen de Nederlandse Staat en Urenco wegens invoer en verwerking van door Zuid-Afrika in Namibië gestolen uranium, zonder uitspraak wordt stopgezet.
Urenco vergunning vernietigd
De uitbreidingsvergunning van Urenco voor 3500t wordt door de Raad van State vernietigd. De vergunning was in mei 1986 aangevraagd en op 17 maart ‘87 verleend. De milieubeweging juicht: het is de eerste keer dat een juridische procedure tegen een kernenergieinstallatie is gewonnen.
De gronden voor vernietiging zijn onder meer: bij de aanvraag zijn bepaalde stukken geheim gehouden, daardoor was de aanvraag niet volledig; ten onrechte zijn bezwaarschriften van politieke partijen niet ontvankelijk verklaard; onvoldoende motivatie dat de aanvraag aan de Europese richtlijnen over stralingsbescherming voldoet; het bedrijf heeft geen rekening gehouden met recente inzichten over milieu en straling. De UCN woordvoerder reageert en verwacht niet dat de uitspraak consequenties heeft voor de fabriek, en ook EZ verwacht geen sluiting. En ja hoor, op 1 juni geeft de minister van EZ (Andriessen) mede namens VROM en SZ een gedoogvergunning en mag de fabriek gewoon blijven draaien.
Urenco krijgt nieuwe vergunning
Urenco krijgt van de overheid een vergunning voor een capaciteitsverhoging naar 1300 ton. Nadat vorig jaar de vergunning tot 3.500t vernietigd is, maar een gedoogvergunning (voor 1.085 t, de toenmalige productie capaciteit) sluiting voorkwam, diende Urenco in juli vorig jaar een nieuwe aanvraag in voor 1300 ton In de eerste helft van volgend jaar verwacht Urenco en aanvraag in te dienen voor een grotere uitbreiding waarbij ook een nieuwe MER (Milieu Effect Rapportage) zal moeten worden opgesteld. Milieugroepen dienen opnieuw bezwaar in.
Nieuwe vergunning voor nieuwe rechtspersoon: Urenco NL BV
De minister van EZ geeft Urenco de op 26 maart aangevraagde vergunning voor een capaciteitsuitbreiding tot 2.500 ton (scheidingsarbeid per jaar). Met deze vergunning mag Urenco de al bestaande SP4 uitbreiden tot 1500 (was 1085) en een nieuwe fabriekshal bouwen (de SP5) met een maximale capaciteit van 1000 ton. Ook zijn met deze nieuwe vergunning de “voorheen apart bestaande vergunningen“ voor de verrijkingsfabrieken (op naam van Urenco Nederland vof) en het laboratorium (van UCN NV) samengevoegd. Dit heeft te maken met het feit dat alles vanaf 31 augustus over gegaan is naar een nieuwe rechtspersoon: de Urenco NL BV.
Urenco Nederland BV is nu 1 van de vier 100% dochters van de Britse holding Urenco Ltd.: de andere drie zijn Urenco UK Ltd, Urenco Deutschland GmbH, en LES (Louisiana Energy Services). Urenco NL is natuurlijk nog wel voor 98,9 % eigendom van de Nederlandse Staat.
Urenco: vergunning voor vernietigde vergunning vernietigd
De op 13 januari 1992 aan Urenco afgegeven vergunning voor 1300 ton wordt door de Raad van State vernietigd. Die (eigenlijk tijdelijke) vergunning was afgegeven toen Urenco op een gedoogvergunning draaide omdat op 18 april ‘91 de vergunning voor 3500 t door de Raad van State vernietigd was. Een nieuw succes voor de milieubeweging na 7 jaar juridische strijd. Omdat de recent afgegeven vergunning voor 2500 ton is geschorst heeft Urenco nu alleen een vergunning uit 1981 voor 1000 ton, terwijl het nu een feitelijke capaciteit heeft van 1500 ton De milieubeweging waarschuwt dat nieuwe juridische stappen niet uit te sluiten zijn en dat een nieuwe gedoogvergunning uit den boze is. Urenco Nederland vraagt wel meteen een nieuwe aan en deelt aan de ministers mee dat de fabriek laten draaien op de maximale capaciteit gedekt door de vergunning uit 1981 (1000 ton) "minstens een miljoen per week" kost. B&W van Almelo zijn in ieder geval niet van plan te vragen om sluiting van (een deel) van de verrijkingsfabriek. “Op 7 maart hebben wij aan Urenco NL BV te Almelo een gedoogbeschikking toegezonden”, delen de ministers van EZ, VROM en SZ op 7 maart laconiek mee. Op 11 april wijst de Raad van State de schorsing van de vergunning voor 2500 ton af (en wordt de voorlopige schorsing opgeheven). Op 29 januari 1996 verliezen de milieuorganisaties uiteindelijk de bodemprocedure. Daarmee heeft Urenco NL een definitieve vergunning voor een maximale capaciteit van 2500 ton.
Urenco tekent contract voor export verarmd uranium
Urenco maakt bekend dat ze een contract hebben gesloten met het Russische Tenex. De ‘service-agreement’ gaat over de verwerking van verarmd uranium: waaruit in de Russische verrijkingsfabrieken “uranium met de natuurlijke concentratie splijtbare isotopen“ zal worden gemaakt. “Nog dit jaar“ zal, volgens het persbericht van Urenco, met de uitvoering begonnen worden. De transporten (van Gronau en Almelo) zullen per trein en vrachtwagen naar Rotterdam gaan en vandaar per boot. Het contract met Tenex heeft een looptijd van 10 jaar en een waarde van “enkele honderden miljoenen guldens.“ De waarde voor Urenco is ook dat ze niet hoeft te betalen voor de opslag van de grote hoeveelheden radioactief afval in Nederland en door velen wordt dit ook gezien als export van afval, omdat slechts een zeer klein gedeelte (minder dan 20%) terug komt.
Rapportage storingen kerncentrales 1998
In 1998 hebben zich in de Nederlandse kerncentrales 19 storingen voorgedaan: 11 in Borssele, 8 in Dodewaard die in maart is stilgelegd. Verder zijn er ook storingen geweest bij de ECN, HOR Delft en Urenco (allemaal 1). Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1998 van de Kernfysische Dienst publiceert in juli 1999.
Rapportage storingen kerncentrales 1999
In 1999 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 14 storingen voorgedaan: 8 in Borssele, 1 in de reeds gesloten Dodewaard-centrale. Verder zijn er 5 storingen geweest bij de HFR, Covra en Urenco. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1999 van de Kernfysische Dienst publiceert op 18 juli 2000.