- Onderzoeksreactoren:
- Test- en onderzoeksreactoren in Nederland
Begroting 1991: posten voor kernenergie
Uit de antwoorden op Kamervragen blijkt dat de KEMA jaarlijks ongeveer f 10 miljoen uitgeeft aan kernenergie-onderzoek. Dit betreft eigen onderzoek als wel participatie in –internationaal- experimenteel onderzoek.
Ook blijkt uit de begroting van EZ dat het ministerie vrijwel alle kosten van kernenergie betaald (ongeveer 10% wordt door andere departementen betaald; o.a. universitair onderzoek). In 1991 wordt f 55 miljoen besteed aan: onderzoek radioactieve straling (3 mln.); kernsplijting (23,7 mln.); kernfusie (7,4 mln.) en Aanvullend Programma HFR (18,7 mln.)
Ontmanteling KSTR afgerond
De ontmanteling van de KSTR is afgerond. Veel later dan gepland en ook twee keer zo duur (verwachte kosten 10 miljoen gulden; volgens een rapport uit 2003 betreft het 10 miljoen euro). Dertien jaar is er over gedaan, om de kleine 1MW-testreactor waarmee van 1974 tot 1977 een aantal tests zijn gedaan af te breken. De totale kosten van het KSTR-onderzoek worden op enkele honderden miljoenen guldens geschat, iets wat, zo staat in het KSTR-eindrapport uit 1983, “eigenlijk voor Nederland, laat staan voor de elektriciteitsbedrijven, te groot is geweest.“ Het kernlab, waarin de reactor was gebouwd, staat er nog, maar de KEMA zal langzaam haar zelfstandig nucleair onderzoek afbouwen.
ECN/Euratom: geen conversie HFR
De ECN en Euratom zijn niet van plan de HFR om te bouwen zodat de reactor ook op laagverrijkt uranium kan draaien. Dit zeggen ze nog weer eens naar aanleiding van vragen in het Europees Parlement. De VS heeft als beleid dat het gebruik van HEU zoveel mogelijk beperkt moet worden, en volgens Amerikaans onderzoek is het mogelijk dat de HFR omschakelt. De ECN en Euratom vinden van niet: het kan niet en kost te veel geld, zeggen ze. En verder moeten ze dan nieuwe vergunningen aanvragen waar bezwaar tegen gemaakt kan worden. De VS levert nog wel HEU, maar is sinds eind 1988 gestopt met terugname van splijtstof, voornamelijk wegens problemen met de vergunning van Savannah River. Er is onduidelijkheid over wat dat betekent voor de ruimte in het koelbassin.
Meerjarig onderzoeksprogramma
Minister Andriessen stuurt de ‘Voortgang van een meerjarig onderzoeksprogramma’ naar de Kamer, waarin een overzicht van de programma’s waar de overheid bij betrokken is.
* PINC (Programma Instandhouding Nucleaire Competentie) - onderzoek naar veiligheid in tweede generatie reactoren blijft doorgaan. Steeds meer aandacht gaat uit naar nieuwe reactorontwerpen, waarbij het, volgens een studie van EZ, nog maar de vraag is of de derde generatie, (“zo al op de markt, dan toch zeker niet voor 2005”) veiliger zal zijn dan de tweede generatie. Daardoor “wordt de aandacht meer in de richting van ‘inherente veiligheid gelegd”. Maar internationale afspraken zijn er echter nog niet “ondanks diverse pogingen mijnerzijds”.
* Radioactief afval – gezien “het belang van het actinidenonderzoek” is er een Rijksbijdrage verstrekt aan het onderzoeksprogramma bij het ECN (f 2 mln.). OPLA (Onderzoek Opberging te Land) programma (fase 1a) is in volle gang, er zijn 20 studies bezig naar veiligheid, (terug)haalbaarheid en directe opslag.
* HFR – “voor de periode 1992-1995 gaat voor deze reactor een nieuw meerjarenprogramma lopen. Veel HFR-projecten vormen onderdeel van breder internationale samenwerkingsverbanden en zijn daarmee het toegangskanaal naar internationale kennis en ervaring.”
Bij de behandeling van Andriessen’s brief op 17 maart, pleit de minister nogmaals voor kernenergie en stelt dat kernenergie de inzet van de komende verkiezingen moet worden. Verder deelt hij mee dat in 1993 alle rapporten over kernenergie afgerond zullen zijn. CDA en VVD willen in 1996 een beslissing en de PvdA pas in 2010 als er compleet (‘inherent’) veilige kerncentrales in ontwikkeling zijn.
Lees hier de nota Andriessen [pdf, 5.3MB]
Veiligheid HFR inzet arbeidsconflict
Nadat de pers al weken lang bezweert dat alles veilig is, ondanks een hooglopend conflict bij de HFR -tussen reactortechnici en ECN-directie, sturen de operators nu een brief naar ECN en eigenaar Euratom, met daarin twijfels over de veiligheid van de reactor. Vooral het opvoeren van het vermogen van de reactor (van 20 naar 45MW) wordt gezien als problematisch. “Gelijk met het meer dan verdubbelen van de productie van de reactor is het koelsysteem opgezweept. In plaats van 2200 kubieke meter water stroomt er nu 4150 kubieke meter water doorheen. Op de leidingen, kleppen, lassen en bochten van het 25 jaar oude systeem is daardoor een vele malen hogere druk komen te staan dan bedoeld is. Uitgezonderd het aanbrengen van een nieuwe warmtewisselaar is nooit naar de leidingen gekeken. Je kunt je afvragen of ze na zo’n lange tijd nog wel intact zijn.” ECN reageert snel en stelt dat alles veilig is en dat ook de operators zich distantiëren van de brief. De pas opgerichte belangenvereniging van operators wordt snel daarna erkend door de ECN als partij in het conflict.
VS stoppen levering HEU aan HFR
De VS besluiten geen HEU meer te exporteren voor de HFR in Petten omdat het risico te groot is dat het materiaal in verkeerde handen komt en gebruikt wordt voor de productie van kernwapens. Het is de zoveelste keer dat Euratom en ECN onder druk worden gezet om om te schakelen naar het gebruik van laagverrijkt uranium in de HFR. Dit weigeren ze tot nu toe, hoewel het technisch mogelijk is. Men probeert HEU te kopen op de Europese markt; eerst Duitse splijtstof over van de, kort na het in bedrijf nemen, gesloten THTR en eind van het jaar van Rusland. De ECN zegt nog voor enkele jaren brandstof te hebben en ook opslagmogelijkheid tot 1994.
HFR in problemen door weigering LEU
Actualiteiten-rubriek Brandpunt onthult dat het opslagbassin voor brandstof uit de HFR in Petten, als er geen oplossing wordt gevonden, over twee jaar vol zal zitten. Dat zal sluiting van de reactor betekenen. Belangrijkste oorzaak is de weigering om over te schakelen (conversie) naar laagverrijkt uranium. De HFR gebruikt nu nog hoogverrijkt uranium (HEU), maar omdat dat zeer proliferatiegevoelig is, wil Amerika, die de brandstof levert (en weer terugneemt) dat de HFR omschakelt naar LEU. Dat eist de VS al 10 jaar, maar overschakelen wil men (Euratom, de eigenaar) liever niet: er moeten nieuwe vergunningen aangevraagd worden, en, zo wordt gezegd, Mallinckrodt zal de dupe zijn want “Molybdeen kan niet met LEU geproduceerd worden.“ Ook ECN, die de reactor gebruikt, zit niet op omschakeling te wachten.
Aanvraag opslag splijtstof in LAVA-gebouw
“Begin dit jaar werd duidelijk dat niet langer gerekend mag worden op afvoer van de gebruikte splijtstofelementen van de onderzoeks-reactoren in ons land naar de VS”, zegt minister De Boer (VROM) en daarom is er door de eigenaar van de HFR een vergunning aangevraagd voor de opslag van hoogradioactieve splijtstof (in transportcontainers) in gebouwen van de Covra voor laag- en middenactief afval. De minister weet nog niet of dat acceptabel is: “een oordeel is pas mogelijk als alle elementen die vereist zijn voor de beoordeling (…) beschikbaar zijn.“ Covra zit in financiële problemen door minder afval dan begroot. Op 15 augustus is er een vergunning aangevraagd voor de bouw van een bunker voor de opslag van hoogradioactief afval (de HABOG). Met de bouw is ongeveer 275 miljoen gulden gemoeid.
Vergunning voor conversie IRI-Delft
De TU in Delft vraagt een vergunning aan voor omschakeling van de IRI- reactor op laagverrijkt uranium. Dit is de belangrijkste voorwaarde van de VS, die weigeren hoogverrijkt uranium te leveren en ook het afval terug te nemen. Daardoor is al een probleem ontstaan met de opslag van de brandstof in Delft, maar omdat als een soort noodsituatie de VS in 1994 alsnog 33 elementen terugnamen, hoeft de reactor niet stilgelegd te worden.
Hoogverrijkt uranium is eenvoudig te gebruiken in kernwapens en daarom hebben de VS al sinds 1977 een beleid om onderzoeksreactoren die zij van brandstof voorzien om te laten schakelen naar laagverrijkt uranium. Dat geldt ook voor de HFR.
Geen bezwaar tegen Russisch HEU
Hoewel Nederland het Amerikaanse beleid zegt te steunen om onderzoeksreactoren om te laten schakelen naar het gebruik van het minder proliferatie-gevoelige laagverrijkt uranium, zegt ze ‘geen bezwaar’ te hebben tegen de aankoop van hoogverrijkt uranium van Rusland door Euratom voor de HFR. Dit onderzoekt Euratom juist om de gevolgen van het Amerikaanse beleid ongedaan te maken, want de VS levert sinds 1992 geen brandstof meer en “de voorraden raken op”, aldus minister Van Mierlo (BuZa). De VS laat een paar dagen later weten bereid te zijn het afval gedurende een periode van 13 jaar terug te nemen, op voorwaarde dat de HFR toezegt (en overeenkomst tekent) om te schakelen naar gebruik van laagverrijkt uranium. De exploitanten gaan daar niet op in en daarmee lijkt conversie naar LEU weer meer van de baan.