- Instituten:
- onderzoeksinstituten
Productie splijtstofelementen
Philips stopt met haar kernenergieactiviteiten, maar maakt een uitzondering voor UCN, waar ze aandeelhouder van blijft. Directe aanleiding is de beslissing van de PZEM om de order voor de kerncentrale in Borssele niet aan Nederlandse bedrijven te gunnen (hoewel ze 70 % van de werkzaamheden gaan doen) en de productie van splijtstofelementen daarvoor door een bedrijf in het buitenland gebeurt. Verder zijn er problemen met de GKN/SEP over de tweede levering van elementen voor Dodewaard. GKN besluit tot een open inschrijving daarvoor en een Engels bedrijf (in plaats van Philips) gaat met de order strijken.
De RCN neemt een deel van de fabricageapparatuur van Philips over en wil een productielijn opzetten met genoeg capaciteit voor de jaarlijkse herladingen van de Dodewaard en Borssele centrales.
Verdeling aandelen Covra
Het parlement gaat na veel discussie akkoord met een staatsaandeel van 10% in de Covra. De andere 90% zijn gelijkelijk verdeeld over de GKN, PZEM en de ECN.
De in december 1982 als BV opgerichte Covra, is nu in feite een samenwerkingsverband tussen de belangrijkste producenten van het afval. Aandeelhouders zijn de GKN (30%), PZEM (30%) en de ECN (30%) en de Nederlandse Staat voor de resterende 10%. De inbreng van de Staat lijkt beperkt, maar de instemming is nodig van de regeringscommissaris voor alle besluiten die essentieel zijn voor de taakuitvoering dus de eindverantwoordelijkheid ligt bij het Rijk. De risico’s ook, overigens. Het afval moet tijdelijk (gedurende 50-100 jaar) opgeslagen worden, waarna eindberging plaats moet vinden. Waar, wat en hoe is onduidelijk. Een ingenieursbureau heeft wel berekend dat langdurige ondergrondse opslag f 2792 miljoen zal kosten. Dit bedrag zal voortaan altijd genoemd worden. In het Kamerdebat zegt Minister Nijpels (VROM) dat Frankrijk heeft laten weten het opwerkingsafval vanaf 1992 terug te sturen.
"U kunt wel gaan"
C.D. Andriesse, werkzaam bij de KEMA en hoogleraar elektriciteitsleer in Utrecht, wordt te kennen gegeven dat hij beter een andere baan kan zoeken en andere financiering van zijn hoogleraarschap (nu nog betaald door de VDEN). Dat heeft te maken met zijn kritische blik op kernenergie. Hoewel hij altijd voorstander is geweest van kernenergie, komt hij de laatste tijd in het nieuws met uitspraken over de mogelijkheid dat ook de kern van een lichtwaterreactor (zoals Dodewaard en Borssele) kan smelten. Dat wordt ’m niet in dank afgenomen. “Zowel KEMA als de VDEN is een onderdeel van de atoomlobby”, zegt hij.
Rapportage storingen nucleaire installaties 1996
In 1996 hebben zich in de Nederlandse kerncentrales 33 storingen voorgedaan: 14 in Borssele, 19 in Dodewaard. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1996 van de Kernfysische Dienst. Voor het eerst zijn er ook storingen opgenomen van andere nucleaire installaties: ECN en Covra.
Rapportage storingen kerncentrales 1997
In 1997 hebben zich in de Nederlandse kerncentrales 24 storingen voorgedaan: 15 in Borssele, 9 in Dodewaard. Verder zijn er ook storingen geweest bij de ECN en Covra (beide 1). Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1997 van de Kernfysische Dienst publiceert in juli 1998.
Rapportage storingen kerncentrales 1998
In 1998 hebben zich in de Nederlandse kerncentrales 19 storingen voorgedaan: 11 in Borssele, 8 in Dodewaard die in maart is stilgelegd. Verder zijn er ook storingen geweest bij de ECN, HOR Delft en Urenco (allemaal 1). Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1998 van de Kernfysische Dienst publiceert in juli 1999.
Rapportage storingen nucleaire installaties 2000
In 2000 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 23 storingen voorgedaan: 12 in Borssele, 4 in de reeds gesloten Dodewaard-centrale. Verder zijn er 7 storingen geweest bij de ECN, HFR, Covra, HOR Delft en Urenco. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 2000 dat de Kernfysische Dienst publiceert op 12 juni 2001.
Rapportage storingen nucleaire installaties 2001
In 2001 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 18 storingen voorgedaan: waarvan 9 in Borssele, en 1 in de reeds gesloten Dodewaard-centrale. Verder zijn er 8 storingen geweest bij de ECN, NRG, HFR, Covra, IRI Delft en Urenco. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 2001 die de Kernfysische Dienst publiceert op 20 december 2002.
Rapportage storingen nucleaire installaties 2002
In 2002 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 19 storingen voorgedaan: 10 in Borssele en 9 storingen geweest bij de Dodewaard, ECN, HFR, Covra, HOR Delft en Urenco. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 2002 dat de Kernfysische Dienst publiceert op 23 september 2003.
Rapportage storingen nucleaire installaties 2003
In 2003 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 19 storingen voorgedaan: 6 in Borssele en 12 storingen geweest bij de Dodewaard, ECN, HFR, Covra, HOR Delft en Urenco. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 2003 dat de Kernfysische Dienst publiceert op 18 augustus 2004.