- Euratom:
- positie van Nederland in Euratom (en Europese Gemeenschap algemeen), maar vooral (financiering door) Euratom en Europese betrokkenheid in Nederland
Euratom betaald voor Europees kweekreactoronderzoek, advies voor bilateraal
Eind 1964 dient Neratoom bij EZ een verzoek in voor het subsidiëren van onderzoek (samen met TNO) naar vloeibaar natrium als koelmiddel voor snelle kweekreactoren, waarin TNO en Neratoom zich al vanaf 1962 op concentreren. EZ betaald vervolgens uit het Fonds Nucleaire Industriële Ontwikkeling de overheidsbijdrage (van 4 miljoen gulden) voor het onderzoek. Ook Euratom wordt om financiële steun gevraagd en op 1 januari sluit Nederland een driejarig associatieverdrag met Euratom over onderzoek naar kweekreactortechnologie en over het “hergroeperen” van al het onderzoek “in het kader van één Associatie“. Euratom gaat 40% van het onderzoek dat in Nederland gebeurt (door TNO, Neratoom en RCN) betalen.
Op 22 januari, drie weken na het verdrag met Euratom om van het kweekreactoronderzoek een Europees project te maken, adviseert de IRK dringend voor (bilaterale) samenwerking met de Duitsers.
Geen Euratom-gelden voor ultracentrifugeonderzoek
Het kabinet onder leiding van de minister van Economische Zaken De Block, verdedigt bij de ministersconferentie in Luxemburg in december de beslissing het ultracentrifuge onderzoek niet aan te melden bij Euratom. Het aanmelden zou weliswaar financiële steun van Euratom kunnen opleveren, maar zou ook betekenen dat de technologie verder bekend wordt en dat zou het project economisch (de Nederlandse concurrentiepositie) kunnen schaden. De steller van de vragen hierover (De Goede van D66) wordt en passant door de minister beticht van het in openbaarheid brengen van geheime informatie. De kamer vindt in meerderheid ook dat het goed is het niet aan te melden, al is er wel enige aarzeling bij de regeringspartijen. Volgens de PvdA is het “project nog niet geschikt om als studieproject in een proeffabriek van Euratom te worden gebruikt“.
HFR: gebrek aan opdrachten
De HFR staat al lang bijna de helft van het jaar stil door een gebrek aan opdrachten, zeker als een grote klant, het Franse CEA (Commissariat a l’Energie Atomique) haar eigen hoge flux reactor in eind 1969 bedrijf neemt. Er wordt zelfs al vanaf eind 1968 gepraat over het sluiten van de HFR en het opheffen van Euratom (en dus GCO). De Staat stelt zich echter garant en als de toekomst van Euratom veilig gesteld lijkt te zijn (1971) is de toekomst iets minder flets. In juli 1971 komt er een overeenkomst met Bondrepubliek Duitsland voor een (4-jarig) complementair onderzoeksprogramma, waarin beide landen (uiteindelijk) voor 50% deelnemen.
“Problemen kernfusie eind jaren ‘70 opgelost”
Volgens C.M Braams, directeur van het Instituut voor Plasmafysica, zijn weliswaar nog niet alle problemen van kernfusie in het laboratorium opgelost, maar zal dat tegen “het eind van de jaren zeventig“ wel het geval zijn. Maar ook hij denkt dat het dan nog “geruime tijd“ zal duren voor kernfusie elektriciteit zal leveren (enkele maanden later wordt gehoopt voor het einde van de eeuw kernfusiereactoren in gebruik te hebben). Hij zegt dit als het FOM-instituut in Jutphaas start met een serie nieuwe, door Euratom en Min. van Wetenschappen betaalde, experimenten. Het exploitatiebudget over 1972 is f 7,4 miljoen.
Evaluatie HFR in kader energieonderzoek
Al in het wetenschapsbudget 1980 wordt een evaluatie aangekondigd van de HFR “zowel voor het onderzoek in Euratom verband als voor het Nederlandse minimumprogramma“ en die “moet nu tevens gezien worden in het licht van de herprogrammering van het Nederlandse energieonderzoek.“ Nederland wil eigenlijk wel een minder grote bijdrage leveren en even ontstond zelfs de idee dat de HFR wel eens gesloten kan gaan worden. Uit de evaluatie die de ministers van EZ en Wetenschapsbeleid nu publiceren, blijkt dat Nederland maar 33% van de reactorcapaciteit bezet (Duitsland 45 %) en f 17,5 miljoen betaald (aan wat dan het aanvullend Euratom-programma heet) voor energieonderzoek. Maar 79% van het Nederlandse HFR-onderzoek gaat naar kweekreactoronderzoek, 15% naar veiligheidsonderzoek kerncentrales en 6% materiaalonderzoek voor fusiereactoren “De vraag is gerechtvaardigd of een dergelijk aandeel van het energie-onderzoek binnen een budget van f 17,5 mln. bestemd voor ‘energieonderzoek’ niet een heroverweging van dat budget nodig maakt”, schrijven de ministers. Interessant is ook dat ze schrijven dat de productie van medische isotopen het “minst problematische is.“ Het aandeel hiervan in het Nederlandse HFR-gebruik (van 7%) “is meer een gevolg van de aanwezigheid van de reactor dan een reden voor zijn bestaan.“
ECN/Euratom: geen conversie HFR
De ECN en Euratom zijn niet van plan de HFR om te bouwen zodat de reactor ook op laagverrijkt uranium kan draaien. Dit zeggen ze nog weer eens naar aanleiding van vragen in het Europees Parlement. De VS heeft als beleid dat het gebruik van HEU zoveel mogelijk beperkt moet worden, en volgens Amerikaans onderzoek is het mogelijk dat de HFR omschakelt. De ECN en Euratom vinden van niet: het kan niet en kost te veel geld, zeggen ze. En verder moeten ze dan nieuwe vergunningen aanvragen waar bezwaar tegen gemaakt kan worden. De VS levert nog wel HEU, maar is sinds eind 1988 gestopt met terugname van splijtstof, voornamelijk wegens problemen met de vergunning van Savannah River. Er is onduidelijkheid over wat dat betekent voor de ruimte in het koelbassin.
Contract voor ITER ondertekend
De EG, VS, Japan en Rusland tekenen het contract voor de ontwikkeling van de ITER. (de International Thermonucleair Experimental Reactor). De komende 6 jaar (1992-98) zal mondiaal ongeveer 750 miljoen dollar uitgegeven worden aan het R&D programma evenredig verdeeld over de 4 partners. Nederland betaald daar 6% van (11 miljoen dollar = ongeveer f 20 miljoen). ITER is op 1 januari 1988 ontstaan als vervolg op INTOR (International Tokamak Reactor) initiatief van de IAEA uit 1979. Nederland neemt dus via het Europese programma deel aan ITER. In 1998 zal een vestigingsplaats voor de reactor gekozen worden en kan de bouw beginnen die dan in 2005 gereed moet zijn en naar verwachting 5 á 6 miljard dollar zal gaan kosten. Inclusief de bijdrage aan Euratom (voor ITER) besteedt Nederland jaarlijks ongeveer 50 miljoen gulden aan kernfusie, in 1994 is dat ongeveer net zo veel als aan onderzoek naar duurzame energie.
EC: ondergrondse opslag moet vanaf 2013 gerealiseerd worden
De Europese Commissie (EC) brengt een ontwerp-richtlijn over de opslag van radioactief afval uit. De Commissie wil dat de lidstaten uiterlijk in 2008 de vestigingsplaatsen voor hoog radioactief afval hebben vastgesteld. Uiterlijk tien jaar later, dus in 2018, moet het eerste vat met kernafval dan naar beneden gaan. De ondergrondse definitieve opslag van kort levend radioactief afval moet zelfs nog eerder gebeuren: zo'n opslagplaats moet uiterlijk 2013 in bedrijf komen. Het Europees Parlement is tegen die datum. In reactie hierop zegt ook het kabinet in maart dat het daar niet aan zal voldoen. “Wij voelen niets voor die plannen,” aldus staatssecretaris van milieu, Van Geel. In juni zal de Kamer Van Geel daarin unaniem steunen.
Provincies tegen opslag klei of zout
In april 2003 hebben de provincies Groningen, Fryslan, Drenthe, Overijssel, Gelderland, Flevoland, Noord-Brabant en Limburg eensgezind de opslag van radioactief afval in zout of klei in een schrijven aan staatssecretaris Van Geel van Milieu afgewezen. Bij het debat in de Kamer zegt hij “enigszins verbaasd“ te zijn over de brief van de 8 provincies, want “Nederland gaat voorlopig uit van bovengrondse opslag“ en “voorlopig wordt nog acht jaar verder gestudeerd". De Kamer steunt Van Geel in het afwijzen van de Europese Unie richtlijn dat elk land binnen vijf jaar een locatie voor ondergrondse opslag van radioactief afval moet hebben en die in 2018 gerealiseerd moet hebben.
Politie-invallen op ECN-terrein, Euratom geniet immuniteit
Het OM doet samen met de politie een inval op ECN terrein. Het gaat om invallen bij ECN zelf, Mallinckrodt, GCO (de ‘werkmaatschappij’ van de Europese Commissie, eigenaar van de HFR) en NRG. Er worden overtredingen geconstateerd van vergunningvoorschriften en algemene regels op milieugebied. ECN, Mallinckrodt en NRG worden gedagvaard, GCO “voorshands nog niet om reden van internationaal recht,” aldus de staatssecretaris van Milieu in april 2004.
Pas op 25 juni 2004 wordt door het Noordhollands Dagblad geciteerd uit een vertrouwelijke dagvaarding en blijkt wat er allemaal is aangetroffen. Het gaat o.a. om plaatsing van containers voor radioactieve materialen en -afval zonder vergunning, opslag gevaarlijke stoffen in gammele, brandgevaarlijke gebouwen en gasflessen waren verkeerd opgeslagen in de buurt van de reactor (waardoor ontploffingsgevaar aanwezig was).
Als de minister vervolging van Euratom uitsluit, dient Greenpeace een aanklacht in. In december 2005 oordeelt het Gerechtshof in Amsterdam in eerste instantie dat Euratom ondanks immuniteit toch vervolgd kon worden: Euratom wordt niet belemmerd als het de regels in Nederland moet naleven, aldus het Hof. Op 13 november 2007 vernietigd de Hoge Raad deze uitspraak: in een zeer beknopt arrest constateert ze dat de overtredingen van Euratom de Kernenergiewet betreffen en allerlei milieuwetten. Die raken juist wel de kern van het werk van Euratom, zegt de Hoge Raad. En dus vallen ook de overtredingen onder de immuniteit. Andere bedrijven die bij de inval werden onderzocht zijn intussen wel veroordeeld.
Het Juridisch Dagblad over de uitspraak