- Borssele:
- (discussie over en realisering van) kernenergiecentrale op deze specifieke locatie
Rapportage storingen nucleaire installaties 2008
In 2008 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 15 storingen voorgedaan: waarvan 6 in Borssele, 1 bij de HOR Delft, 7 bij NRG (w.o. 5 HFR) en 1 bij Malinckrodt in Petten bij de productie van medische isotopen. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen (tegenwoordig: ‘ongewone gebeurtenissen’) in de nucleaire installaties in 2008 dat de Kernfysische Dienst publiceert op 31 augustus 2009.
Rapportage storingen nucleaire installaties 2009
In 2009 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 13 gemelde storingen voorgedaan; drie in kerncentrale Borssele, 5 in de HFR Petten, 1 COVRA, 1 HOR Delft, Urenco 1 en GCO & Covidien Petten in totaal 3. Dit is een lichte daling ten opzichte van 2008 toen het er 15 waren. Dit blijkt uit ‘Rapportage van ongewone gebeurtenissen in Nederlandse nucleaire inrichtingen in 2009’ het jaarlijkse overzicht over de storingen (tegenwoordig: ‘ongewone gebeurtenissen’) in de nucleaire installaties in 2009 dat de Kernfysische Dienst (pas) publiceert op 6 oktober 2010.
Borssele-aandelen Essent niet in handen RWE
Het Hof in Arnhem heeft in hoger beroep bepaald dat Essent zijn 50%-belang in de kerncentrale Borssele niet mag overdragen aan zijn nieuwe eigenaar, het Duitse RWE. Mede-eigenaar Delta uit Zeeland beroept zich met recht op statuten die aan de overdracht in de weg staan. Met de uitspraak neemt het Hof het oordeel van de kort geding-rechter over. Die bepaalde in juli 2009 dat uit de statuten die zijn opgemaakt tussen Essent en Delta volgt dat de aandelen in de kerncentrale in handen moeten zijn van publieke lichamen. Ook de oplossing die Essent en RWE bedacht hadden - alleen de economische overdracht van de aandelen, niet de juridische - mag niet van de rechter. Delta is eigenaar van de provincie Zeeland en gemeentes. Ook de Tweede Kamer wil dat de kerncentrale geheel in publieke handen blijft.
Bijna een jaar later, op 21 januari 2011, zal ook de Hoge Raad beslissen dat de aandelen niet in private handen mogen komen. Er loopt ook nog een bodemprocedure over de kwestie, waarin een definitief oordeel wordt geveld, maar dat kan nog jaren duren en lijkt achterhaald te worden door de actualiteit.
Link naar de uitspraak Hoge Raad, 21 januari 2011
Opwerkingsverdrag met Frankrijk goedgekeurd
De Tweede Kamer keurt het verdrag met Frankrijk goed die de opwerking en terugzending van kernafval regelt. EPZ -eigenaar van de kerncentrale in Borssele- heeft nog een contract met Areva voor opwerking van brandstof uit de kerncentrale tot 2015. Wat er daarna gaat gebeuren (opwerking of directe opslag) is in theorie nog onduidelijk, maar de EPZ heeft altijd gezegd voorkeur te hebben voor de zeer vervuilende opwerking (waarbij uranium en plutonium gescheiden wordt van de rest). Directe opslag is ook niet mogelijk in de huidige HABOG, het gebouw bij de COVRA voor de tijdelijke opslag van hoogradioactief afval. Nieuwbouw zou minimaal 100 miljoen kosten, volgens demissionair minister van VROM, Huizinga. Door deze goedkeuring kan het aftransporteren van gebruikte splijtstofelementen naar de opwerkingsfabriek La Hague in Frankrijk, dat sinds 2006 stilgelegen heeft, weer hervat worden. Op 7 juni 2011 vindt het eerste transport plaats, begeleid door demonstraties en gehinderd door een aantal blokkades.
Rapportage storingen nucleaire installaties 2010
In 2010 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 20 'meldingsplichtige' storingen voorgedaan: waarvan 9 in Borssele. NRG/HFR registreerde in 2010 een totaal van vijftien ongewone gebeurtenissen waarvan vijf radiologisch relevant waren. Hiervan zijn twee ongewone gebeurtenissen aan de KFD gemeld. Alleen die 2 gebeurtenissen zijn in het overzicht opgenomen. NRG registreerde in 2010 een totaal van tweeënzeventig ongewone gebeurtenissen in de 'andere installaties' waarvan er achtentwintig radiologische relevant waren. Er hebben zich bij deze installaties twee meldingsplichtige ongewone gebeurtenissen voorgedaan waarover in dit rapport verslag wordt gedaan. Verder 2 bij de Covra en 1 op het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (GCO) van de Europese Unie bij de ECN in Petten. Mallinckrodt Medical registreerde in 2010 een totaal van vierentwintig ongewone gebeurtenissen waarvan dertien gevallen radiologisch relevant waren. Er heeft zich bij Mallinckrodt Medical één ongewone gebeurtenis voorgedaan die in het overzicht is opgenomen.
Dan Urenco in Almelo: de radiologische belasting van de omgeving is licht gestegen ten opzichte van voorgaande jaren. Urenco registreerde in 2010 zesenveertig ongewone gebeurtenissen waarbij in dertien gevallen radioactieve stoffen betrokken zijn geweest. In 2010 hebben zich bij Urenco drie meldingsplichtige ongewone gebeurtenissen voorgedaan die opgenomen zijn in het KFD overzicht.
De KFD vindt dat het aantal opgetreden ongewone gebeurtenissen in 2010 bij geen van de Nederlandse nucleaire installaties sterk afwijkt van andere jaren.
Dit alles blijkt uit het jaarlijkse overzicht van de Kernfysische Dienst over de storingen (tegenwoordig: ‘ongewone meldingsplichtige gebeurtenissen’) in de nucleaire installaties in 2010. Het wordt pas op 15 november 2011 door het Kabinet aan de Kamer gestuurd, hoewel de publicatiedatum al september is.
Definitieve beschikking brandstofdiversificatie Borssele
Na diverse eerdere keren overwogen is de EPZ op 8 juli 2010 toch gestart met de vergunningsaanvraag voor het gebruik van MOX-brandstof in de kerncentrale.
Op 9 maart 2011 legt de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) de ontwerpbeschikking ‘Brandstofdiversificatie Kerncentrale Borssele’ op grond van de Kernenergiewet (Kew) ter inzage gelegd en op 24 juni komt de definitieve vergunning.
Door die vergunning is het EPZ toegestaan om in de kerncentrale Borssele MOX en ook (c)-ERU te gebruiken. MOX is een mengsel van uranium en plutonium en (c)-ERU is gecompenseerd verrijkt opgewerkt uranium. Om gebruik van (c)-ERU te maken moet de maximale verrijkingsgraad verhoogd worden. Door de storende werking van U-236 die in het opgewerkt uranium aanwezig is en dat werkt als een neutronenvanger, moet er meer splijtbaar uranium aanwezig zijn om de zelfde energie op te wekken. De maximaal toegestane verrijkingsgraad (het percentage splijtbaar U-235) wordt verhoogd naar 4,6%. Doordat plutonium een aantal kernfysische eigenschappen heeft die anders zijn dan uranium-235, worden de veiligheidsmarges door de inzet van MOX kleiner. Door de inzet van MOX en (c)-ERU neemt de stralingsbelasting van werknemers toe, nemen de tritiumlozingen toe, nemen de proliferatiegevaren toe, etc. en zo verder. Maar de minister heeft er geen probleem mee.
Op 13 februari 2013 veegt de Raad van State het beroep van Greenpeace van tafel: “mox-splijtstof levert slechts een onbeduidende verhoging van de veiligheids- en gezondheidsrisico´s op”.
RWE aandeelhouder kerncentrale Borssele
Nadat de Hoge Raad in januari nog weer uitgesproken had dat de kerncentrale in Borssele in private handen moet blijven en de 50% aandelen van ERH (Essent) niet aan RWE verkocht kunnen worden, is er enkele weken later opeens een overeenkomst tussen Delta en RWE. Per 30 september heeft RWE een minderheidsbelang van 30% en Delta vergroot haar aandeel naar 70%. Op dezelfde dag wordt hierover de Kamer pas geïnformeerd. De laatste zin in die brief is overigens ook interessant: "Ik heb er vertrouwen in dat partijen de komende maanden tot goede afspraken komen om ook samen te werken in het initiatief om te komen tot een nieuwe kerncentrale in Borssele."
Ongewone gebeurtenissen in Nederlandse nucleaire inrichtingen in 2011
In 2011 hebben zich in de Nederlandse nucleaire inrichtingen 15 'meldingsplichtige' storingen voorgedaan: waarvan 8 in de kerncentrale in Borssele. Bij de overige nucleaire installaties in Nederland waren zeven ongewone gebeurtenissen: 1 in de HFR, 3 in overige NRG-installaties, 2 bij Urenco en 1 met een transport.
Het aantal wijkt niet sterk af in vergelijking met voorgaande jaren. Drie van de vijftien gebeurtenissen (alle bij de kerncentrale) waren van categorie 1 van de Internationale schaal van nucleaire gebeurtenissen (INES).
Bij de opzet van de INES schaal in 1989 was de gedachte dat deze schaal zo zou zijn opgebouwd dat zich bij een “normale” nucleaire installatie per jaar ongeveer tien INES-niveau 0 en één INES-niveau 1 gebeurtenissen kunnen voordoen. In dat opzicht vallen de drie INES-niveau 1 meldingen die in 2011 bij KCB zijn opgetreden op. "Het optreden van drie INES-niveau 1 meldingen in één kalenderjaar heeft de aandacht van de KFD, maar er is nog geen aanleiding om van een trend in de verkeerde richting te spreken." schrijft de KFD.
Wat nieuw is in dit overzicht is dat er een aantal keren vermeld wordt dat een gebeurtenis weliswaar niet meldingsplichtig is, maar "gezien de aard van het voorval wel van belang wordt geacht voor deze rapportage." Maar het is toch een rapportage van "ongewone gebeurtenissen", en niet van "ongewone meldingsplichtige gebeurtenissen". In elk geval moet geconstateerd worden dat de meldingsplicht onvoldoende of achterhaald is.
Dit alles blijkt uit het jaarlijkse overzicht van de Kernfysische Dienst over de ongewone gebeurtenissen in de nucleaire installaties in 2011. Het wordt pas op 27 februari 2013 (!) door het Kabinet aan de Kamer gestuurd.
Nieuw opwerkingscontract kerncentrale Borssele
Op 20 april wordt er een bilateraal gedrag getekend tussen Frankrijk en Nederland over het terugzenden van radioactief afval. Een dergelijk verdrag is noodzakelijk omdat er op 20 december 2011 een nieuw verdrag getekend is door EPZ en Areva over de opwerking van alle resterende brandstof uit de kerncentrale in Borssele in de Franse opwerkingsfabriek La Hague.
Op 5 juni wordt het bilaterale verdrag gepubliceerd; opwerkingsverdragen worden niet gepubliceerd, die blijven geheim. Uit het verdrag blijkt dat voor eind 2049 de laatste brandstof naar Frankrijk vervoerd moet zijn en dat uiterlijk eind 2052 al het afval naar Nederland moet zijn teruggezonden. Alhoewel die laatste datum niet erg duidelijk is, want er staat ook in het verdrag: "Voorzien is dat de verwerking van de gebruikte splijtstoffen plaatsvindt binnen een tijdsbestek van zes jaar, te rekenen vanaf het jaar van aankomst ervan bij de fabriek te La Hague." en dan nog "Voorzien is dat de terugzending van dit radioactief afval uiterlijk plaatsvindt na het verstrijken van een termijn van acht jaar na de verwerking van de desbetreffende gebruikte splijtstoffen". En dat lijkt 14 jaar. Dat zou betekenen dat als EPZ in 2049 afval naar La Hague vervoert, Areva 14 jaar de tijd heeft -dus tot 2063- voor dat afval teruggezonden hoeft te worden.
Een nieuw opwerkingscontract is noodzakelijk voor de brandstof die ontstaat omdat de kerncentrale Borssele langer open mag blijven. Nogal voorbarig omdat daar nog geen vergunning voor is. EPZ kiest uitdrukkelijk voor opwerking en niet voor directe opslag van de splijtstof.
Rapportage storingen in Nederlandse nucleaire installaties
In 2012 hebben zich in de Nederlandse nucleaire inrichtingen 10 ongewone gebeurtenissen voorgedaan die van belang zijn op de nucleaire veiligheid: drie daarvan bij de kerncentrale in Borssele. Bij de overige nucleaire installaties in Nederland waren zeven ongewone gebeurtenissen: 2 in de HFR, 1 in overige NRG-installaties, 1 bij Malinckrodt Medical in Petten, 1 bij de COVRA, 1 bij Urenco en 1 met een transport. Bijzonder is dat er melding wordt gemaakt van 2 zoekgeraakte radioactieve bronnen die verdwijnen tijdens transport naar of in Nederland.
Dit alles blijkt uit het jaarlijkse overzicht van de Kernfysische Dienst over de ongewone gebeurtenissen in de nucleaire installaties in 2012. Het wordt op 9 september 2013 door het Kabinet aan de Kamer gestuurd. Het is waarschijnlijk het laatste jaarlijkse overzicht in deze vorm, want, zo staat te lezen: "Het door de overheid actief informeren van burgers maakt ontwikkelingen door. Er is meer transparantie en er wordt sneller gerapporteerd. Daarom worden sinds begin 2013 de ongewone gebeurtenissen in de nucleaire bedrijven actueel op de website van de ILT geplaatst."