- Instituten:
- onderzoeksinstituten
Geen gerechtelijk onderzoek begraven KEMA-afval
Eindelijk stuurt minster Ginjaar (V&M) de langverwachte notitie naar de Kamer over het radioactief afval op het KEMA-terrein. Hoewel er volgens de minister geen dringende redenen zijn het afval te verwijderen, doet het algemeen milieuhygiënisch beleid, namelijk het beperken van het aantal stortplaatsen van afval, hem toch besluiten dat het “ongewenst“ is “dat de begraafplaats van afval op het terrein van de KEMA blijft bestaan”. De KEMA beloofd nog voor het einde van het jaar een opgraafplan te hebben en schat de kosten van het opgraven tussen de half en 1 miljoen gulden. De gemeente (Arnhem) spreekt zich vervolgens uit voor een gerechtelijk onderzoek naar de handelswijze van de KEMA en vraagt vervolgens de Minister zo’n (voor)onderzoek in te stellen. Pas op 15 oktober komt er (na aandringen) een reactie van de minister: er komt geen gerechtelijk onderzoek. Ook de Officier van Justitie beslist in februari 1981 dat er geen gerechtelijk onderzoek komt: opzet is niet bewezen en de overtredingen zijn verjaard.
KEMA: kinderen kunnen toch met afval gespeeld hebben
De KEMA geeft voor het eerst toe dat het inderdaad mogelijk was voor kinderen om op en in de kuilen met begraven radioactief afval te spelen. B&W van Arnhem blijkt het oneens te zijn met de stelling van de minister van V&M dat er 21 kinderen met afval uit de kuilen gespeeld hebben (waarvan er inmiddels 3 zijn overleden aan kanker) en stellen dat dat er maar 11 waren. Dan is 25% wel een erg hoog percentage, zo stellen ze in een brief aan de minister.
KEMA: afvalplan goedgekeurd maar toch uitstel
De minister van V&M keurt het opgraafplan van de KEMA goed.. De KEMA is van plan om in maart (maar dat wordt al snel mei te beginnen met het opruimen van de kuilen met radioactief afval op haar terrein. Men denkt drie maanden nodig te hebben, 1400 kubieke meter af te graven en de kosten worden geraamd op f 5 miljoen. Al het radioactief afval zal naar de ECN worden vervoert, en vervolgens bij de eerst volgende gelegenheid in zee worden gedumpt. KEMA gaat echter niet eerder beginnen met opgraven voordat er een garantie is van de minister en van de ECN dat het opgegraven afval naar de ECN en in zee gedumpt kan worden. En dit jaar lukt dat niet meer, dus wacht de KEMA met opgraven.
KEMA begint met opgraven afval
Nadat de KEMA op 15 februari schriftelijk bevestigd krijgt dat er in 1982 nog afval in zee gedumpt mag (en gaat) worden, beginnen nu de opgravingen. Voor het opgraven is een grote op rails verplaatsbare overkapping gebouwd en zijn 40 bomen gekapt. De verwachte kosten zijn opgelopen tot 6 miljoen gulden. Ondertussen zijn er nog meer dan de 22 door de KEMA zelf aangewezen kuilen met verdacht afval gelokaliseerd op het terrein. De opgravingen duren tot/en met juli en regelmatig zijn er onverwachte vondsten, maar het eindrapport komt pas in april 1983.
Formele oprichting COVRA BV.
Formele oprichting van de Covra B.V (de Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval) die verantwoordelijk wordt voor opslag en beheer van al het in Nederland geproduceerde radioactief afval. Maar omdat de “definitieve vormgeving van deze vennootschap meer voorbereidingstijd vergt“ heeft de minister van VROM (namens EZ, SZ, SZW en F) voorlopig voor een projectmanager en deze vorm (BV) gekozen, zodat er alvast “terwille van een tijdige realisering van de interim-opslagfaciliteit“ (in Velsen, schrijft minister Winsemius) een aanvraag in het kader van de Kernenergiewet ingediend kan worden. De BV houdt in dat de ‘projectmanager’ alle aandelen krijgt min 1, die afgegeven wordt aan het Rijk. Op deze manier is er meer tijd om met de belangrijkste producenten te onderhandelen over deelname in de vennootschap.
Covra moet zich bezig gaan houden met de zorg van radioactieve stoffen nadat de oorspronkelijke gebruiker of producent daarvan afstand heeft gedaan. Die zorg betreft alle milieuhygiënische aspecten van het afval (dus ook eindopslag).
Het eerste Covra personeel begint per 1 april 1984 en per 1 oktober 1984 neemt het de inzamelfunctie (bij ongeveer 300 instellingen –ziekenhuizen, laboratoria, industrie en kerncentrales) van laag- en middenactief afval over van het ECN (die dat sinds 1963 doet) en gaat tevens de loods die voor de opslag op het ECN-terrein in gebruik is, beheren. Een nieuwe aandelenstructuur, waarin ook de producenten participeren, zal pas in 1986 van de grond komen.
Geen dumping maar tijdelijke opslag bij ECN
De gemeenteraad van Zijpe gaat akkoord met opslag van radioactief afval (LAVA en MAVA) op het ECN-terrein voor een periode van 5 jaar, met eventueel mogelijkheid tot verlenging van nog eens 5 jaar. De gemeenteraad had in mei 1981 nog een motie aangenomen de opslag niet verder uit te breiden, maar nadat minister Winsemius en de provincie Noord-Holland, de ECN hadden genoemd als beste locatie, ging de ECN snel akkoord. De gemeente komt hierdoor onder zware druk te staan en gaat uiteindelijk akkoord. Hiermee is het dumpen van het afval in zee definitief van de baan en kan er gezocht worden naar een andere locatie. Velsen valt af. De reguliere raadsvergadering 2 dagen eerder was niet doorgegaan omdat de raadszaal door antikernenergie activisten was bezet.
Eindrapportage KEMA-afval
De langverwachte brief van de minister VROM verschijnt met de eindrapportage over de ‘verwijdering van radioactief afval van het KEMA-terrein te Arnhem’. Er zijn wel wat onverwachte vondsten. In tegenstelling tot de meerdere malen uitdrukkelijk ontkenning van de KEMA blijkt er toch (hoog) verrijkt uranium begraven te zijn en ook de vondst van radium is bijzonder. In totaal is er natuurlijk uranium, natuurlijk thorium, thorium-230, verrijkt uranium, Cobalt-60, Cesium-137, Europium-152 en 154 en Radium-226 gevonden. Winsemius zegt nonchalant dat de “destijds door de KEMA uitgevoerde scheiding van afval van verschillende oorsprong niet altijd optimaal heeft gefunctioneerd“ en dat de vondst van verrijkt uranium en radium “niet voorzien“ was. Alles (behalve een klein deel voor nader onderzoek) is ondertussen in zee gedumpt.
Begraven KEMA-afval in strijd met toen-geldende regels
De minister antwoordt op nadere vragen dat het begraven van verrijkt uranium op het KEMA-terrein in strijd was met de toen geldende interne voorschriften en regels van de KEMA, en het OM heeft ook geconstateerd dat door het begraven overtredingen van de Kernenergiewet hebben plaatsgevonden, maar strafvervolging is niet mogelijk door verjaring van de overtredingen. Hiermee is voor regering en KEMA de kous af.
Toch zijn er nog steeds wat opmerkelijke kanten, zo blijkt uit een persbericht van de ‘Vrienden van de KEMA’: belastende vondsten zijn niet doorgegeven aan de officier van justitie en de radium-vondst en de gevonden zak met 77 x de toegestane stralingsdosis zijn uit het verhaal van de minister verdwenen.
“Kernonderzoek bij ECN overbodig en slecht”
De RAWB (Raad van Advies voor Wetenschapsbeleid) vindt dat kernenergieonderzoek bij het ECN overbodig en kwalitatief minder is dan in het buitenland en maar moet stoppen, zelfs al er nieuwe kerncentrales gebouwd worden. Volgens het adviesorgaan is er in Nederland nauwelijks een industrie die kan profiteren van het onderzoek. De ECN is ‘not amused’ en zegt dat elektriciteitsbedrijven nog steeds geïnteresseerd zijn in "kernenergetisch onderzoek" en er daarnaast ook nog behoefte is aan onderzoek naar de berging van radioactief afval.
Industrie: geen investeringen, wel opdrachten
Onder de naam Dutch Scientific en op initiatief van FOM en NIKHEF, hebben ongeveer 30 Nederlandse bedrijven zich aangesloten om een grotere industriële bijdrage te kunnen leveren aan het internationale kernfusie-onderzoek. In Hengelo (bij Stork) komt een coördinatiecentrum van het samenwerkingsverband. In het overzicht van het Wetenschapsbudget 1982 bleek dat de industrie geen cent investeerde in fusie-onderzoek. Nu hoopt men op opdrachten. Het consortium lukt het de eerste jaren voor ongeveer 20 miljoen per jaar opdrachten binnen te slepen, maar na 1993 komt de klad er in.