- Dodewaard:
- (discussie over en realisering van) kernenergiecentrale op deze specifieke locatie
Dodewaard pas ontmanteld in 2040
Het kabinet houdt vast aan de afspraak in het regeerakkoord om Dodewaard pas in 2040 te ontmantelen. Het voornemen van minister Pronk (VROM) om de centrale zo snel mogelijk te ontmantelen is daarmee van de baan. Pronk is zelfs bereid het prijsverschil (f 130 miljoen) te betalen, maar heeft geen steun in het kabinet. Volgens Kok beschikken we “tegen die tijd“ over veel meer know-how over ontmanteling.
Rapportage storingen kerncentrales 1999
In 1999 hebben zich in de Nederlandse nucleaire installaties 14 storingen voorgedaan: 8 in Borssele, 1 in de reeds gesloten Dodewaard-centrale. Verder zijn er 5 storingen geweest bij de HFR, Covra en Urenco. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1999 van de Kernfysische Dienst publiceert op 18 juli 2000.
RvS: Transport vergunningen ongeldig
Nadat eind december ‘98 transporten naar de opwerkingsfabrieken weer zijn toegestaan, vraagt Dodewaard (eigenlijk vervoerder BNFL) onmiddellijk een vergunning aan voor transport via een Nederlandse haven. Minister Pronk maakt in februari 1999 al duidelijk dat er wat hem betreft geen haast is bij het afgeven van de vergunning, maar geeft op 21 juli toch een vergunning af. De bestraalde splijtstof zal in de haven van Vlissingen worden overgeslagen op een schip dat het naar Sellafield zal brengen. Maar op 29 november vernietigd de Raad van State de transportvergunning naar Sellafield, en ook die van de HFR-brandstof naar de COVRA.
Rapportage storingen kerncentrales 1998
In 1998 hebben zich in de Nederlandse kerncentrales 19 storingen voorgedaan: 11 in Borssele, 8 in Dodewaard die in maart is stilgelegd. Verder zijn er ook storingen geweest bij de ECN, HOR Delft en Urenco (allemaal 1). Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1998 van de Kernfysische Dienst publiceert in juli 1999.
Opwerkingstransporten verboden door besmettingen
Nadat in eerste instantie minister De Boer (VROM) ontkent dat er ook sprake is van verhoogde straling op transportcontainers afkomstig uit Nederland, blijkt toch het tegendeel. Vervolgens verbiedt ze alle transporten met Nederlands kernafval naar de opwerkingsfabrieken in Sellafield en La Hague, totdat maatregelen zijn getroffen om de transporten beter te controleren. Uit onderzoek blijkt dat in 1993 bij 1 container uit Borssele en in 1995 bij 2 containers uit Dodewaard een verhoging boven de toelaatbare norm is geconstateerd. Volgens de minister hebben Dodewaard en Borssele haar onvoldoende geïnformeerd over de besmettingen en ze vindt dat een “ernstig gebrek.“ Als de minister de kerncentrales verplicht een lijst op te stellen van de incidenten, blijkt dat er in Borssele maar liefst 10 keer een besmetting heeft plaats gevonden in de afgelopen 10 jaar. Er komt een plicht voor de exploitanten om metingen boven de wettelijk toegestane norm te melden en de nieuwe VROM-minister Pronk staat eind december de transporten weer toe.
Transport via België opnieuw uitgesteld
Na voor de vierde keer te zijn uitgesteld, stelt de Belgische minister van Binnenlandse Zaken Tobback, nu dat de transporten met hoogradioactief afval van Dodewaard naar de opwerkingsfabriek in Engeland, in het vervolg maar per trein moeten. De transporten gaan, zeer tot ongenoegen van de Belgische autoriteiten (en milieubeweging) over de weg via België naar Frankrijk. Ze worden steeds uitgesteld omdat de datum bekend gemaakt wordt en daardoor niet meer de veiligheid gegarandeerd kan worden. Burgemeesters zijn boos omdat zij van te voren niet op de hoogte worden gebracht van de datum en dus geen maatregelen kunnen nemen.
Rapportage storingen kerncentrales 1997
In 1997 hebben zich in de Nederlandse kerncentrales 24 storingen voorgedaan: 15 in Borssele, 9 in Dodewaard. Verder zijn er ook storingen geweest bij de ECN en Covra (beide 1). Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1997 van de Kernfysische Dienst publiceert in juli 1998.
Opwerkingcontract Dodewaard verlengd
Wijers (Min. EZ) stuurt een door de ECN geschreven rapport en notitie over opwerking naar de Kamer. Hij stelt daarin dat doorgaan met opwerken de beste optie is, of eigenlijk: dat de regering geen zwaarwegende redenen ziet met opwerking te stoppen. Achterliggende reden is dat men ooit voor opwerking heeft gekozen (nou ja, de eigenaars van de centrales). Die contracten lopen door en gaat men over op directe opslag, dan heeft men een ander soort gebouw nodig dan men aan het bouwen is (HABOG). Zo stelt de minister Wijers: “Wijziging van beleid heeft ook consequenties voor Covra. Er moet een nieuw ontwerp voor een opslaggebouw gemaakt worden, want de huidige locatie is niet geschikt.“ Wijers zegt dat het zijn bedoeling is in te stemmen met het vergroten van het contract tussen GKN en BNFL, zodat het laatste restant brandstof van Dodewaard daar onder valt. De TU Eindhoven heeft veel commentaar op het ECN-rapport. Weer volgen er in februari/maart 1998 verhitte discussies in de Kamer, maar er verandert niets.
Afval terug bezorgd bij kerncentrale
Greenpeace brengt 250 gram sediment en 150 milliliter water aan land bij de kerncentrale Borssele. Het is precies het aandeel dat Borssele heeft in de monsters die Greenpeace naar boven heeft gehaald bij de opwerkingsfabriek in La Hague. Volgens de Nederlandse wetgeving is de radioactiviteit zo hoog dat het radioactief afval is. VROM weigert eerst de boot vanuit Scheveningen te laten vertrekken met het radioactief afval aan boord, maar haalt bakzeil als Greenpeace voet bij stuk houdt: het wil het terugbrengen naar de rechtmatige eigenaren; de kerncentrales. Uiteindelijk geeft VROM Covra de opdracht het afval in ontvangst te nemen en op te slaan. Opwerking staat al lang ter discussie, vooral door de radioactieve lozingen en ook omdat het onnodig is: er is geen markt voor het plutonium. Ook is volgens Greenpeace directe opslag goedkoper dan eerst opwerking en dan opslaan.
Dodewaard dicht!
Om 10.45 uur wordt de knop omgedraaid: de “officiële afschakelingshandeling“, zoals de GKN het noemt. De kerncentrale van Dodewaard is definitief buiten bedrijf. “Door middel van het indrukken van de afschakelknop heeft de dienstdoende chef van de wacht de verbinding tussen de turbine-generator en het landelijk net verbroken. Hiermee is een einde gekomen aan de elektriciteitslevering, die precies 28 jaar geleden startte bij de inbedrijfsstelling van de centrale door koningin Juliana.“ In de komende jaren zal vooral de brandstof uit de kern en de opslagbassins verwijderd en naar de opwerkingsfabriek in Sellafield vervoerd worden. Verwacht wordt eind 2000 over te kunnen gaan tot de zgn. ‘safe enclosure’ die dan 40 jaar moet duren. Ontmanteling zal dan beginnen in 2040 en in 4 jaar afgerond worden. Er is wel meer kritiek op het 45 jaar wachten met ontmanteling, hoofdreden daarvoor is een economische: directe ontmanteling zal 295 miljoen gulden kosten, 40 jaar wachten, kost ‘maar’ 165 miljoen (1995-guldens). Maar volgens een berekening van Stichting Laka is directe ontmanteling zelfs 48 miljoen gulden goedkoper, alhoewel er op korte termijn wel een groter bedrag nodig is vergeleken met de 40-jaar-optie. Dat komt door de groei van het gereserveerde bedrag door rentetoename. In veel landen is het niet toegestaan rekening te houden met kapitaalstijging door rente, en moet het hele bedrag voor de ontmanteling beschikbaar zijn op het moment van sluiting. Laka waarschuwt dan ook al dat de SEP nu al een tekort heeft (voor de 40-jaar-optie) van ongeveer 60 miljoen gulden.