- Onderzoeksreactoren:
- Test- en onderzoeksreactoren in Nederland
- HFR/LFR Petten:
- de (Euratom - NRG) Hoge en Lage Flux Reactor op het terrein van RCN/ECN/NRG in Petten
HFR: gebrek aan opdrachten
De HFR staat al lang bijna de helft van het jaar stil door een gebrek aan opdrachten, zeker als een grote klant, het Franse CEA (Commissariat a l’Energie Atomique) haar eigen hoge flux reactor in eind 1969 bedrijf neemt. Er wordt zelfs al vanaf eind 1968 gepraat over het sluiten van de HFR en het opheffen van Euratom (en dus GCO). De Staat stelt zich echter garant en als de toekomst van Euratom veilig gesteld lijkt te zijn (1971) is de toekomst iets minder flets. In juli 1971 komt er een overeenkomst met Bondrepubliek Duitsland voor een (4-jarig) complementair onderzoeksprogramma, waarin beide landen (uiteindelijk) voor 50% deelnemen.
VS: Carter's NPA aangenomen; gevolgen voor HFR
In de VS zijn door president Carter een aantal beleidsbeslissingen genomen, die nu resulteren in de ondertekening van de Nuclear Non-Proliferation Act. Dit houdt onder meer in dat in de VS civiele opwerking verboden wordt en in het algemeen het gebruik van stoffen die gebruikt kunnen worden voor kernwapens moeten worden beperkt. Voor de HFR heeft dat tot gevolg dat a- de HEU-splijtstof niet langer naar Mol (België) gestuurd mag worden voor opwerking, maar naar Savannah River in de VS moet, en b- dat de HFR over moet stappen naar laagverrijkt uranium (ipv. 90% - 20 %), wat minder geschikt is voor kernwapens. Landen die HEU krijgen van de VS hebben twee jaar de tijd om te onderhandelen over andere brandstof, maar moeten wel binnen 30 dagen laten weten te willen onderhandelen. Nederland (& Euratom) doet dat niet en in mei komt het bericht dat de VS gestopt is met levering van brandstof (in de pers wordt ook de relatie gelegd met de Molukse gijzelingsacties en slechte beveiliging). Volgens de ECN is “de VS niet het enige land dat HEU kan leveren“ en hebben ze voorlopig nog voldoende splijtstof. Ook de IRI in Delft krijgt geen splijtstof meer. Maar de uitgewerkte brandstof van zowel de IRI als de HFR wordt vanaf nu wel naar een opwerkingsfabriek in de VS gestuurd. Maar civiele opwerking is toch verboden in de VS?
Nederland en het VS-kernwapenprogramma
Minister Van Aardenne (EZ) moet toegeven dat de splijtstof van de Hoger Onderwijs Reactor (HOR) in Delft en die van de HFR in Petten in de VS terecht kan komen in het kernwapenprogramma. De splijtstof wordt namelijk naar een opwerkingsfabriek in de VS gestuurd. Maar civiele opwerking is er niet in de VS: dat is sinds een aantal jaren verboden. En de opwerkingsfabriek, Savannah River Plant, is dan ook een militair complex en onderdeel van het Amerikaanse kernwapenprogramma.
In januari publiceerde de ‘Stroomgroep Stop Kernenergie’ Den Haag een onderzoek waaruit bleek dat de brandstof van de HOR en die van de HFR in de VS terecht komt in het kernwapenprogramma. Dat wordt hiermee bevestigd.
Evaluatie HFR in kader energieonderzoek
Al in het wetenschapsbudget 1980 wordt een evaluatie aangekondigd van de HFR “zowel voor het onderzoek in Euratom verband als voor het Nederlandse minimumprogramma“ en die “moet nu tevens gezien worden in het licht van de herprogrammering van het Nederlandse energieonderzoek.“ Nederland wil eigenlijk wel een minder grote bijdrage leveren en even ontstond zelfs de idee dat de HFR wel eens gesloten kan gaan worden. Uit de evaluatie die de ministers van EZ en Wetenschapsbeleid nu publiceren, blijkt dat Nederland maar 33% van de reactorcapaciteit bezet (Duitsland 45 %) en f 17,5 miljoen betaald (aan wat dan het aanvullend Euratom-programma heet) voor energieonderzoek. Maar 79% van het Nederlandse HFR-onderzoek gaat naar kweekreactoronderzoek, 15% naar veiligheidsonderzoek kerncentrales en 6% materiaalonderzoek voor fusiereactoren “De vraag is gerechtvaardigd of een dergelijk aandeel van het energie-onderzoek binnen een budget van f 17,5 mln. bestemd voor ‘energieonderzoek’ niet een heroverweging van dat budget nodig maakt”, schrijven de ministers. Interessant is ook dat ze schrijven dat de productie van medische isotopen het “minst problematische is.“ Het aandeel hiervan in het Nederlandse HFR-gebruik (van 7%) “is meer een gevolg van de aanwezigheid van de reactor dan een reden voor zijn bestaan.“
Nieuw reactorvat HFR
De HFR gaat, met het nieuwe reactorvat, weer in bedrijf, na bijna 1,5 jaar buiten gebruik te zijn geweest. Dit kleiner vat maakt meer experimenten mogelijk en er kan een hoger vermogen worden bereikt. De HFR werd in november ‘83 stilgelegd voor de vervanging van het 21 jaar oude aluminium reactorvat. Het vat was bros geworden door jarenlang door hoge flux neutronen te zijn bestraald en de kans op een lek werd daarmee steeds groter. Het nieuwe vat (eigenlijk al het derde) wordt gebouwd door De Schelde, met GCO als opdrachtgever. De installatie ervan begon in juli 1984.
Radioactiviteit vrijgekomen in HFR
Door een “vermindering van koelwater dat door een zgn. rig stroomt, welke gebruikt wordt voor de produktie van radio isotopen voor medische doeleinden“ (volgens het persbericht) komt er radioactiviteit vrij in de hal van de HFR. Volgens de mededeling is de vrijgekomen hoeveelheid radioactiviteit in de atmosfeer ver beneden de toegestane hoeveelheid gebleven.
Explosie in HFR
In de nacht van 26 op 27 november vindt er opnieuw en ongeluk plaats in de HFR. Pas veel later wordt bekend dat er zich om 2 minuten over half een een explosie voordoet, gevolgd door een drukgolf die in het hele reactorgebouw te voelen is. Twee capsules TeO2 (telluriuimoxide) exploderen. Er scheurt een buis volledig open. Een rek en twee experimenten worden volledig vernield. Conform de veiligheidsspecificaties schakelt de reactor zich automatisch uit, maar na uitsluitend een summiere visuele inspectie van het reactorvat 11 minuten later al weer opgestart. Het incident wordt ook niet gemeld aan de Kernfysische Dienst uit vrees voor een startverbod, de KFD komt er na verloop van tijd zelf achter. Mede naar aanleiding hiervan komt er later een meldingsplicht voor dergelijke incidenten. Volgens het Noordhollands Dagblad op 1 februari 2002 komt er “weinig radioactiviteit vrij". In 2002 wordt een scheur in het reactorvat in verband gebracht met deze explosie maar blijkt toch een “historische” lasfout te zijn die er vanaf het begin al zit.
Mariniers binnen 7 minuten bij brandstof-kluis
Op verzoek van EZ, gaat het Korps Mariniers de beveiliging van de HFR testen. Enkele tientallen mariniers nemen deel aan de ‘terreuractie’ en zijn binnen 7 minuten bij de kluizen met het hoogverrijkt uranium in het hart van de HFR. Het HEU van de HFR wordt vaker genoemd als belangrijk doelwit van terroristen die op zoek zijn naar splijtstof. De VS pleit al veel langer voor conversie naar laagverrijkt uranium, dat veel minder geschikt is voor kernwapens. Nederland is daar nog steeds niet van plan dat te gaan doen. In eerste instantie spreekt de minister van een ‘routine’ controle, maar een overval van met zware wapens voorziene mariniers (en waarbij zware ruiten met bijlen worden ingeslagen) is nog nooit eerder gebeurd.
Begroting 1991: posten voor kernenergie
Uit de antwoorden op Kamervragen blijkt dat de KEMA jaarlijks ongeveer f 10 miljoen uitgeeft aan kernenergie-onderzoek. Dit betreft eigen onderzoek als wel participatie in –internationaal- experimenteel onderzoek.
Ook blijkt uit de begroting van EZ dat het ministerie vrijwel alle kosten van kernenergie betaald (ongeveer 10% wordt door andere departementen betaald; o.a. universitair onderzoek). In 1991 wordt f 55 miljoen besteed aan: onderzoek radioactieve straling (3 mln.); kernsplijting (23,7 mln.); kernfusie (7,4 mln.) en Aanvullend Programma HFR (18,7 mln.)
ECN/Euratom: geen conversie HFR
De ECN en Euratom zijn niet van plan de HFR om te bouwen zodat de reactor ook op laagverrijkt uranium kan draaien. Dit zeggen ze nog weer eens naar aanleiding van vragen in het Europees Parlement. De VS heeft als beleid dat het gebruik van HEU zoveel mogelijk beperkt moet worden, en volgens Amerikaans onderzoek is het mogelijk dat de HFR omschakelt. De ECN en Euratom vinden van niet: het kan niet en kost te veel geld, zeggen ze. En verder moeten ze dan nieuwe vergunningen aanvragen waar bezwaar tegen gemaakt kan worden. De VS levert nog wel HEU, maar is sinds eind 1988 gestopt met terugname van splijtstof, voornamelijk wegens problemen met de vergunning van Savannah River. Er is onduidelijkheid over wat dat betekent voor de ruimte in het koelbassin.