- Internationale projecten:
- Nederland als deelnemer in internationale kernenergieobjecten (voor verdragen etc. zie: Buitenlands beleid)
Nederland niet in Europees kweekreactorontwikkeling
Toetreding van Nederland tot het Europese kweekreactor samenwerkingsverband EFR is “thans niet opportuun“ schrijft minister De Korte (EZ). De industrie zit er niet op te wachten en de energievoorziening heeft het niet nodig. Het is een volgende nagel in de doodskist van het EFR-project dat in 1993 een stille dood zal sterven. Nederland maakte tot nu toe slechts deel uit van het consortium door de deelname van de SEP in Kalkar en daardoor in het Franse kweekreactorprogramma.
Definitief einde Kalkar
De Duitse regering laat een persbericht uitgaan met als kop: “Brueterprojekt SNR-300 wird nicht weitergefuehrt.“ Het is het officiële einde van kweekreactor in Kalkar waarvan de bouw al enige jaren afgerond is, maar de laatste vergunningen bleven maar uit. De Duitse regering heeft “de Belgische en Nederlandse partners gevraagd dit besluit te gedogen en wel onder afzien van welke wederzijdse claims tot compensatie dan ook.“ Hoewel de Belgische regering grote woorden spreekt en een “miljarden-schadevergoeding“ eist (in Belgische Franken koste Kalkar 147 miljard), stelt een nota van de hoogste ambtenaar in juli dat het krijgen van schadevergoeding welhaast een ‘mission impossible’ is: men moet namelijk bewijzen dat de deelstaat Noordrijn-Westfalen misbruik heeft gemaakt van haar bevoegdheden. Maar er is ook niet de indruk dat men de verstandhouding onder druk wil zetten. Nederland laat wel meteen weten in ieder geval geen geld te betalen voor de ontmanteling van de reactor.
Er circuleren de volgende jaren veel plannen wat te doen met de ruïne: opslagplaats voor kernnafval, ombouw tot conventionele centrale of afbreken en weer weiland van maken? Of toch gewoon het hele terrein zoals het is verkopen?
Er is nog veel gedoe wat te doen met het plutonium (het is eigendom van de SBK, dus Nederland krijgt haar deel –gelukkig, vindt iedereen- niet terug), maar uiteindelijk wordt dat in Hanau (Duitsland) opgeslagen en in 2004 naar La Hague (Fr.) vervoerd als de plutonium-opslag gesloten wordt.
Verkoop Kalkar aan Nederlandse zakenman
Op 17 februari zijn in Duitse kranten advertenties gezet waarin het terrein, inclusief gebouwen, van de niet in bedrijf genomen Duits-Nederlands-Belgische kweekreactor Kalkar te koop wordt aangeboden.
Op 4 november tekent uiteindelijk een Nederlandse zakenman de koop-akte. Verkoopprijs is naar verluid ongeveer 10 miljoen gulden, de verkoop van op het terrein opgeslagen oud-ijzer zou al meer opbrengen. Omdat de reactor nooit is geladen is er geen sprake van radioactieve besmetting.
De zakenman gaat er een pretpark van maken: Kalkar Kernwasser Wunderland.
Superphenix definitief stilgelegd
Nadat in 1988 al een discussie is gevoerd of de reactor niet beter voorgoed stilgelegd zou kunnen worden, maar toch in april 1989 (na twee jaar stil gelegen te hebben) weer opgestart is, wordt nu definitief besloten de Superphenix in het Zuid-Franse Malville te ontmantelen. In juni ‘92, als de reactor al weer sinds juli 1990 stil ligt, wordt een vertrouwelijk rapport bekend van het Directoraat van de Veiligheid van Nucleaire Installaties, waarin staat dat ze het onmogelijk acht de reactor “conform de strikte veiligheidsregels“ weer in bedrijf te nemen. De reactor die in 1985 in bedrijf ging heeft dan precies 174 dagen op vol vermogen gedraaid. In september ’94 wordt Superphenix als onderzoeksreactor en als plutonium-verbrander in plaats van –kweker, weer opgestart. Op 19 juni 1998 beslist het nieuwe Franse kabinet tot definitieve stillegging in plaats van zoals gepland in 2020. Begin 1998 wordt dat beleidsvoornemen bevestigd. De reactor heeft dan in totaal het equivalent van 278 dagen op vol vermogen gedraaid in die 12 jaar! De kosten van ontmanteling worden in 2004 op 880 miljoen euro geraamd. Daar komt dan nog 580 miljoen euro bij voor “post-operational costs.“
In totaal is er ruim 486 kilo Nederlands plutonium (43,2 kg van GKN en 443,1 kg van PZEM –dus veel meer dan de in december 1984 genoemde 240 kg) naar toe gegaan.
Nederland (in de vorm van de SEP) heeft DM 28,9 miljoen (ruim 30 miljoen gulden) voor investeringskosten betaald, en tussen 1986 en 1990 per jaar FF 54,5 miljoen (18 miljoen gulden) voor exploitatie en rentelasten (1,7%). In de periode 1990-1997 zal ongeveer een zelfde bedrag per jaar uitgegeven zijn, maar ontbreken cijfers.