- Start:
- opening (geen bouwbegin) van installatie of oprichting van organisatie
Internationale samenwerking antikernenergie-beweging versterkt
Ook internationaal komen er steeds meer contacten tussen antikernenergie-organisaties en regelmatig zijn er internationale bijeenkomsten. Nadat er internationale bijeenkomsten hebben plaats gevonden in Mexico en West-Duitsland en uiteindelijk een algemene vergadering in Brussel, België, vindt in het laatste weekend van februari 1978 in de Kosmos in Amsterdam de oprichtingsvergadering plaats van wat zal uitgroeien tot WISE; World Information Service On Energy.
De bedoeling van de ruim 200 aanwezigen is om de internationale samenwerking te versterken door de oprichting van een netwerk dat nieuws en informatie verspreidt over de internationale ontwikkelingen op kernenergie gebied en de antikernenergie-strijd. Amsterdam wordt gekozen voor centrale kantoorplek.
In eerste instantie komt er in een aantal talen, een tweemaandelijks tijdschrift en een onregelmatige verzending van een verzameling nieuwsberichten. Het internationale tijdschrift zal een belangrijke functie krijgen, al zal het vanaf eind jaren ’80 alleen nog maar een international editie zijn die in wisselende frequentie en periode vertaald wordt in onder andere het Spaans en Russisch. Het blad, dat vanaf 2000 ‘Nuclear Monitor’ heet, blijft een van de belangrijkste internationale tijdschriften over (tegen) kernenergie en verschijnt ongeveer twintig keer per jaar.
Ontstaan ‘Dodewaard-gaat-dicht!-beweging
Het 'Pinksterkamp bij het ‘gat van Hagen" (een recreatieplas op ongeveer 7 km van de kerncentrale in Dodewaard) is een initiatief van de Gelderse Stroomgroepen. De bedoeling is een tweedaagse vergadering over het voeren van verdergaande, directe acties tegen kernenergie. Het voorstel is om in oktober over te gaan tot een terreinbezetting van de kerncentrale Dodewaard. Eén van de voorwaarden voor de actie is, dat die openbaar aangekondigd moet worden. Algemeen wordt ingezien, dat met alleen praten en demonstreren de kerncentrales niet dicht zullen gaan. Op het discussiekamp, waar zaterdags 2000 en zondags zelfs 5000 mensen zijn, wordt in kleine groepjes gediscussieerd over het voorstel tot een terreinbezetting. Hoewel de motieven achter het actievoorstel algemene instemming vinden, wordt toch besloten om te gaan blokkeren in plaats van te bezetten, omdat het overgrote deel van de aanwezigen een poging tot terreinbezetting uit ziet lopen op een grote veldslag.
In het actieplan zit nog een ander belangrijk element: basisgroepen en basisdemocratie. Om zoveel mogelijk mensen bij de actie te betrekken en er vanuit gegaan wordt dat iedereen mee moet kunnen praten, wordt er een voorstel gedaan om basisgroepen te vormen: kleine groepjes mensen die elkaar goed kennen. De beweging die dat weekend ontstaat, en die zich Dodewaard Gaat Dicht! noemt, wordt zeer bepalend voor de antikernenergie strijd in de begin van de jaren tachtig en de organisatievorm in basisgroepen wordt door veel andere radicale sociale bewegingen overgenomen.
Formele oprichting COVRA BV.
Formele oprichting van de Covra B.V (de Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval) die verantwoordelijk wordt voor opslag en beheer van al het in Nederland geproduceerde radioactief afval. Maar omdat de “definitieve vormgeving van deze vennootschap meer voorbereidingstijd vergt“ heeft de minister van VROM (namens EZ, SZ, SZW en F) voorlopig voor een projectmanager en deze vorm (BV) gekozen, zodat er alvast “terwille van een tijdige realisering van de interim-opslagfaciliteit“ (in Velsen, schrijft minister Winsemius) een aanvraag in het kader van de Kernenergiewet ingediend kan worden. De BV houdt in dat de ‘projectmanager’ alle aandelen krijgt min 1, die afgegeven wordt aan het Rijk. Op deze manier is er meer tijd om met de belangrijkste producenten te onderhandelen over deelname in de vennootschap.
Covra moet zich bezig gaan houden met de zorg van radioactieve stoffen nadat de oorspronkelijke gebruiker of producent daarvan afstand heeft gedaan. Die zorg betreft alle milieuhygiënische aspecten van het afval (dus ook eindopslag).
Het eerste Covra personeel begint per 1 april 1984 en per 1 oktober 1984 neemt het de inzamelfunctie (bij ongeveer 300 instellingen –ziekenhuizen, laboratoria, industrie en kerncentrales) van laag- en middenactief afval over van het ECN (die dat sinds 1963 doet) en gaat tevens de loods die voor de opslag op het ECN-terrein in gebruik is, beheren. Een nieuwe aandelenstructuur, waarin ook de producenten participeren, zal pas in 1986 van de grond komen.
Afvalbunker op terrein Borssele in gebruik genomen
Eindelijk wordt het op het terrein van de kerncentrale het gebouw (‘bunker’) voor de opslag van laag- en middenactief vast afval in gebruik genomen. Er is plek voor 5000m3 afval, uitsluitend uit de ‘eigen’ reactor. Dat is genoeg voor ongeveer tien jaar en PZEM hoopt dat er voor die tijd een ‘definitieve’ oplossing is gevonden zodat het minder lang hoeft te worden opgeslagen.
Eerste fase bouw Covra afgerond
De eerste fase van de bouw van de Covra in Borssele is afgerond: de bouw van het kantoor- en voorlichtingscomplex, afvalverwerkingsgebouw en drie opslagloodsen voor laag- en middenactief afval, elk met een capaciteit van 7000m3 in vaten verpakt afval. Vanaf nu gaat dan ook al het laag- en middelactief van ongeveer 300 klanten rechtstreeks naar de Covra. Tot nu toe ging het onverwerkt afval eerst nog naar de Covra-vestiging op het ECN-terrein. In april ’93 wordt het laatste daar opgeslagen afval naar Borssele vervoerd, waarna die vestiging langzamerhand ontmanteld wordt.
Fase twee is de bouw van twee gebouwen voor de opslag van hoogradioactief afval en het kernsplijtingsafval dat terugkomt van de opwerkingsfabrieken. De eerste fase heeft ongeveer f 100 miljoen gekost en de prijs voor opslag van een 100-liter vat ligt tussen de 1000 en 1500 gulden. Daar zitten dan ook de (onbekende) kosten van de (onbekende) eindopslag in.
Vanaf januari ’93 begint naar verwachting de verwerking (persen en versnijden), het schoonmaken van vloeistoffen en de verbranding van kadavers en vloeistoffen op het complex. Dan moet de vestiging ook officieel geopend worden, maar dat zal vertraagd en uitgesteld worden tot eind ’93. De HABOG (de bunker voor hoog-actief afval) kan naar verwachting 1998 in gebruik worden genomen.
Nucleaire wasserij
Coevorden krijgt een nucleaire wasserij. Een dochteronderneming van het Amerikaanse INS (Interstate Nuclear Services) namelijk ENS (European Nuclear Services) wil er een fabriek openen waar werkkleding van werknemers van kerncentrales en laboratoria worden gewassen. Coevorden ligt lekker dicht bij Duitsland, dat als voornaamste markt wordt gezien. De gemeente zegt dat ze zich heeft laten voorlichten door ECN en dat “zeker als aan een aantal bouwkundige voorwaarden wordt voldaan“ de risico’s als minimaal ingeschat moeten worden.
Molybdeen-fabriek gestart
De molybdeen-fabriek in Petten is af en start met de testperiode. De minister van Volksgezondheid Borst, zegt op het laatste moment af voor de officiële opening. De bouw is “tientallen miljoenen“ duurder dan gepland en het afval moet meteen naar de Covra, ECN heeft geen toestemming voor tussenopslag.
De ECN heeft een contract afgesloten om in Dounreay (UK) uranium ’targets’ te leasen voor de productie van Molybdeen. Deze targets gaan dan ook weer terug naar Dounreay voor opwerking, nadat er in Petten het Mo-99 is uitgehaald. Door de slechte naam van Dounreay is er veel kritiek op het contract, maar minister Wijers (EZ) “ziet geen reden actie te ondernemen.“
De testfase van de fabriek in Petten voor Mo-productie verloopt niet zonder problemen, in oktober zijn er “twee of drie keer“ atmosferische lozingen. Te weinig om te melden, zegt Mallinckrodt, want onder de norm. Waarschijnlijk zal de fabriek in maart ‘97 echt gaan produceren.
NRG formeel van start
Om de financiële crisis een beetje het hoofd te bieden heeft de ECN afdeling Nucleair een samenwerkingsverband gesloten met de nucleaire afdeling van de KEMA. De grotendeels complementaire nucleaire expertise van KEMA en ECN wordt samengebracht in de Nuclear Research and Consultancy Group (NRG -op z’n Engels ‘energy’). ECN participeert voor 70% en KEMA voor 30%. Het telt circa 280 medewerkers en heeft vestigingen in Petten en Arnhem. “NRG verwacht zijn positie op de internationale markt te kunnen versterken: een voorwaarde om de kritieke grootte van een aantal nucleaire disciplines – en daarmee de gewenste competentie – voor Nederland te behouden.“ meldt het ECN-jaarverslag over 1998. Na toetsing door de Nederlandse Mededingingsautoriteit en instemming van het Ministerie van EZ vindt de formele oprichting plaats op 1 oktober 1998, direct gevolgd door een strategische oriëntatie op de R&D-koers: “De uitkomst van deze toekomst-verkenning bevestigde dat NRG prioriteit dient te geven aan de ontwikkeling van nieuwe, veilige reactorconcepten, en aan de vermindering en de levensduurverkorting van kernsplijtingsafval.“
NRG gaat het beheer voeren over de HFR de LFR het Hot Cell Lab (HCL), de decontaminatie en waste management faciliteit (DWT) en de productie van medische isotopen.
HABOG geopend en ontvangt eerste afval
Koningin Beatrix opent de opslag faciliteit voor hoogradioactief afval, de HABOG op het terrein van de Covra in Borssele. Het opvallend oranje geschilderd gebouw (met E=MC2 op de zijkant) is bedoeld voor de opslag van het afval dat terug komt van de opwerkingsfabrieken waar Borssele en Dodewaard hun splijtstof laten opwerken. Ook de brandstof uit de IRI en HFR zal er opgeslagen worden.
Milieuorganisaties vragen aan de koningin niet te komen en vinden dat er geen reden voor een feestje is: een opslag voor 100 jaar van afval dat 240.000 gevaarlijk blijft kan moeilijk als ‘oplossing’ gezien worden. Verder is het gebouw nu al te klein nu besloten is dat Borssele tot 2013 open blijft, kan er alleen maar opgewerkt afval opgeslagen worden en is juist opwerking enorm vervuilend, en, niet onbelangrijk, wat gebeurt er na die 100 jaar? Ook is er geen opslagmogelijkheid voor het bij de opwerking afgescheiden plutonium.
Eind november komt het eerste transport met hoogactief afval aan van de HFR uit Petten en in mei 2004 wordt het afval dat 4 jaar lang in de loods voor laag- middenactief afval verplaatst naar de HABOG.
Stichting Voorbereiding Pallas-reactor opgericht
Op 16 december is de Stichting Voorbereiding Pallas-reactor opgericht. Deze stichting is verantwoordelijk voor Fase 1 van geplande opvolger van de HFR, Pallas. Fase 1 bestaat uit "het ontwerp van de reactor, de aanbesteding en de vergunningverlening, alsmede het aantrekken van financiering voor de bouw en exploitatie". Looptijd is 4 jaar (tot 2017) en kosten 80 miljoen. Het Rijk en de Provincie Noord-Holland hebben hiervoor beide 40 miljoen ter beschikking gesteld. Tot nu toe was het Pallas-project ondergebracht bij NRG. Nu gaat dat dus (in naam) verhuizen en is er een aparte organisatie voor, waar voorlopig ongeveer 15 mensen aan Fase 1 zullen werken.
Die onafhankelijke organisatie was een van de voorwaarden van Rijk en provincie. Hiermee moet voorkomen worden dat door de schaal van het project het voortbestaan van NRG en zelfs moederbedrijf ECN in gevaar komen bij niet doorgaan. Zoals bekend moet Pallas de eerste privaat gefinancierde en commercieel geëxploiteerde reactor ter wereld worden. Maar er zijn grote problemen bij financiering: een eerdere aanbesteding werd in februari 2010 afgebroken door gebrek aan geld.
Ondertussen was de NRG al wel begonnen met het aantrekken van personeel: geinteresseerde studenten en begeleiders van het Ministerie van Economische Zaken en de NRG werden op 22 november op het NS-station Alkmaar verrast door Laka die aan iedereen een exemplaar van het rapport De Pallas bussiness-case: tussen droom en werkelijkheid' en een fraaie stop Pallas button uitdeelde.