Eerste actie tegen dumpingen in zee
Voor het eerst is er een demonstratie in IJmuiden tegen de dumpingen van Nederlands en Zwitsers radioactieve afval (dat per trein arriveert) dat enkele dagen later moet gaan worden. Een tiental leden van de Stroomgroep Stop kernenergie Haarlem zijn bij het overladen van het afval in het dumpschip ‘Topaz’ aanwezig en de actie haalt het tv-journaal die avond. In de week erna vraagt VMD een verbod op dumpingen en medewerking aan dumping van buitenlands afval.
Vergunning Duits-Nederlandse 200-tons fabriek
Minister Lubbers geeft vergunning voor de bouw van de gezamenlijke Duits-Nederlandse 200 SWU-verrijkingsfabriek, de SP3. De vergunning is al op 14 december ’73 aangevraagd, maar pas op 1 februari bekend geworden. De uitbreiding (met centrifuges van Duitse makelij) moet volgens de huidige planning in 1977 zijn voltooid. Dan moet ook het huidige stadium van de proeffabriek (25 ton) eindigen. In maart werd onder leiding van een elf leden tellende commissie de bezwaren tegen de voorgenomen bouw in behandeling genomen. Een belangrijk punt van kritiek was het ontbreken van voldoende duidelijke informatie. De milieufunctionaris van de Stedenband verklaarde dat hij pas drie dagen van te voren op de hoogte werd gesteld van de plannen van Urenco en het veiligheidsrapport. Het Waterschap maakt bezwaar tegen de fluorlozingen die in de vergunning worden toegestaan.
Nederlandse splijtstof in Dodewaard
Na de jaarlijkse splijtstofwisseling wordt de kerncentrale in Dodewaard in gebruik genomen met splijtstofelementen waarvan het uranium verrijkt is in Almelo en waarvan de fabricage uitgevoerd is door Interfuel in Petten. Voor zover bekend is het voor het eerst dat ergens ter wereld met centrifuges verrijkt uranium in een reactor wordt gebruikt. Het is zeker de eerste keer dat zowel het verrijken als de fabricage van splijtstofelementen in Nederland plaatsvindt. Het gebruikte uitgangsmateriaal (het uranium dat verrijkt wordt) is het restant van het door Nederland in 1939 aangekochte uranium.
Bezinningsnota uitgebracht
De Bezinningsgroep Energiebeleid brengt de Bezinningsnota Kernenergie uit. Geadviseerd wordt om voor een periode van 5 jaar af te zien van besluitvorming over uitbreiding van kernenergie om zo tijd vrij te maken voor onderzoek en bezinning (het moratorium voorstel). Na die periode zou een beslissing dan werkelijk vrij kunnen zijn en volgens de Bezinningsgroep eventueel ook een aanzienlijk programma voor de bouw van kerncentrales kunnen omvatten.
Energienota: in 1985 drie nieuwe kerncentrales in bedrijf
Minister Lubbers (EZ) komt met de Energienota. Het is de eerste keer dat energiebesparing als belangrijk doel wordt genoemd en ook wordt energiebeleid niet langer los gezien van milieu en ruimtelijke ordening. Dat heeft natuurlijk alles te maken met de oliecrisis (1973/74) en het Rapport van de Club van Rome (1972). Op 1 december 1973 heeft Den Uyl zijn befaamde toespraak op tv gehouden met de zinsnede dat het “nooit meer wordt zoals het was”.
De visie van het kabinet (vooral de PvdA) is dat energiebeleid een actieve rol dient te spelen in het kader van de gewenste selectieve en economische groei en dat impliceert ook een sterke en zelfs sturende rol van de overheid. Beperking van energiegebruik moet vooropstaan. De Nota pleit al voor studie over heffing of energieverbruik, want in het algemeen zal “het prijsmechanisme niet altijd voldoende effectief zijn om de noodzakelijke matiging van het verbruik te verwezenlijken.“
Het beleid is gericht op diversificatie van energiebronnen waarin kernenergie speerpunt is. In het hoofdstuk ‘Kernenergie’ komt de regering met het principebesluit om nog vòòr 1985 drie grote kerncentrales van 1000 MW elk te bouwen. Er zijn nog wel een aantal voorwaarden: er moet een organisatiestructuur komen waarin de centrale overheid op essentiële punten een beslissende stem moet krijgen; een risicoanalyse voor de complete splijtstofcyclus; rapporten over gezondheidsaspecten en milieubelasting en veiligheidsaspecten van splijtstofcyclus in Nederland; en nadere bestudering van de vestigingsplaatsen. In de praktijk betekent deze beslissing al een uitstel van de bouw en wordt als compromis gezien tussen ministers Lubbers (ARP) en Trip, Van Doorn (PPR) en Vorrink (PvdA) in het kabinet Den Uyl. Den Uyl verklaart vervolgens dat er niet eerder dan in 1979 gestart zal worden met de voorbereiding van de bouw, terwijl Lubbers zegt dat er in 1976 al begonnen kan worden. Maar dat wordt bijgelegd: 1979 is de uiterste datum als de centrales in 1985 klaar moeten zijn, maar verstandiger is om al in 1976 te beginnen.
Na afloop van het tweedaagse Kamerdebat over de Energienota (22 en 23 oktober) zegt minister Lubbers zo spoedig mogelijk met de bouw van 3 kerncentrales te willen beginnen. Er komen nog een paar deelstudies en de Kamer kan altijd nog toestemming weigeren, maar de minister “wil geen maand verloren laten gaan.“ Volgend jaar, zo zegt hij, moet het algemene structuurschema op tafel liggen.
Grote deelname Kalkar-demonstratie
Eerste grote demonstratie met ruim 10.000 deelnemers tegen de bouw van Kalkar op het marktplein van dat Duitse dorp. De demonstratie is georganiseerd door (vooral) het Amsterdamse Anti-Kalkar Komitee en wordt vrijwel uitsluitend bijgewoond door mensen uit Nederland. In Duitsland is de anti-kernenergie beweging helemaal niet bezig met de bouw van de snelle kweekreactor. Het Anti-Kalkar Komitee bestaat uit politieke partijen CPN, PSP, PvdA en PPR. Een maand later, op 22 oktober bij een Kamerdebat over kernenergie, worden er 155.000 handtekeningen tegen de kweekreactor aangeboden.
Selectie zoutkoepels
Op antwoorden op kamervragen over onderzoek in het stroomdal Drentse Aa, zegt de minister van EZ (Lubbers) dat “het onderzoek naar de mogelijkheden tot het ondergronds opbergen van radioactief vast afval is gevorderd tot een voorlopige selectie van een aantal mogelijke vestigingsplaatsen.“ Deze zullen “in samenwerking met de betrokken autoriteiten en instanties nog op hun planologische mogelijkheden onderzocht moeten worden.“
Gemeenten tegen kerncentrale Maasvlakte
Rotterdam en Rijnmond wijzen voorlopig de bouw van een kerncentrale op de Maasvlakte af. Ze vinden dat de bewoners van het Rijnmondgebied door de concentratie van zware industrie al zwaar genoeg is belast. Eerder (april) hadden de Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland zich uitgesproken voor een kerncentrale, daarmee een advies van de PPD (Provinciale Planologische Dienst) tegen de komst naast zich neerleggend. Provinciale Staten vinden de stellingname van GS voorbarig zonder dat er in de PS is over gesproken en hebben (eind april) een motie aangenomen tegen de komst.
Overzicht storingen in de kerncentrales 1974
Overzicht van de storingen die bekend zijn geworden in de Nederlandse kerncentrales in het afgelopen jaar: In totaal zijn er dat tien, vier in Dodewaard en zes in Borssele. Vanaf 1980 zal er, op verzoek van het parlement, een jaarlijks overzicht komen gemaakt door de Kernfysische Dienst. We staan niet in voor de volledigheid van de door ons uit openbare bronnen samengestelde overzichten tot 1980.
Provincie nu ook tegen locatie Maasvlakte
De Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland is nu tegen de komst van een kerncentrale en weigert mee te werken aan de bouw. Dat laat ze de vaste Kamercommissie van EZ weten: “Zolang de problemen ten aanzien van thermische vervuiling, afvalstoffen en beveiliging in het algemeen niet afdoende zijn opgelost, zullen we niet meewerken aan de bouw van kerncentrales.“ GS sluit zich hiermee aan bij de Gemeente Rotterdam en de Rijnmond-raad die dat eerder al hadden besloten. De Maasvlakte is een van de mogelijke locaties voor de nieuwe kerncentrales.