- Instituten:
- onderzoeksinstituten
Eerste 'media-event' kernenergie
De Vaste kamercommissie voor kernenergie houdt een hoorzitting waarvoor veel media belangstelling is. Het is eigenlijk de eerste keer dat kernenergie zo in de belangstelling staat. Bij de critici van kernenergie die spreektijd krijgen is ook een ‘Maatschappij Kritische Klub van medewerkers van het RCN’ die pleit voor een tienvoudige verlaging van de toegestane stralingsdosis voor grote bevolkingsgroepen en een stop op de bouw van kerncentrales omdat er nog niet voldoende onderzoek is verricht naar de toepassing van kernenergie.
Ongeluk RCN
Bij het demonteren van een in de HFR bestraalde capsule in een hot cel (bij het ontkoppen wordt op de verkeerde plaats gezaagd)komt radioactiviteit vrij. De ruimte in het reactorgebouw “zal enige maanden” niet gebruikt kunnen worden, maar, zo deelt RCN mee ”daar de vrijgekomen radioactiviteit zich geheel bevindt binnen de hermetisch gesloten cel is geen besmetting van personeel of gebouw opgetreden.”
Voorstel: verbreding RCN tot ECN
Terwijl minister van EZ Lubbers nog 3 kerncentrales wil bouwen, besluit het Kabinet Den Uyl tot verbreding van het onderzoeksterrein van het RCN met allerlei andere "alternatieve" energieonderwerpen. De Ministerraad bespreekt een voorstel van minister Trip (PPR -Wetenschappen) en de LSEO (in 1974 ingestelde Landelijke Stuurgroep Energie Onderzoek olv Van Gool) om te komen tot een Energieonderzoek Centrum Nederland.
Kernfusie-onderzoek niet naar ECN
Het voorstel van de RCN/ECN en de FOM om het kernfusie-onderzoek onder te brengen bij de ECN, wordt door de regering niet overgenomen. FOM is zeer verbolgen (“Bij het lezen van een degelijke tekst vragen wij ons af of ‘t land wel helemaal goed wordt bestuurd”, lezen we in een interne communicatie). Wil men nu “op energie-productie gericht kernfusie-onderzoek” (en de regering wil dat!) dan zou het toch logisch zijn dat het onderzoek onder verantwoordelijkheid komt van het ECN, vindt men. Maar, zo staat in het regeringsstandpunt, “gezien haar hierboven omschreven visie (…) acht de overheid opneming van het Instituut voor Plasmafysica in het ECN niet gewenst”. Achterliggende reden blijkt dat Lubbers (EZ) vind dat kernfusie nog niet praktisch realiseerbaar en dus geen energie-onderzoek is en daarom maar onder O&W moet (blijven) vallen.
RCN wordt ECN
Een jaar nadat het voorstel door de ministerraad werd behandeld, treden nu de nieuwe statuten in werking van het Energie Centrum Nederland en komt hiermee een einde aan het Reactor Centrum Nederland. Het bestuur van het RCN wordt voor een fait accompli gesteld; het is een politieke beslissing het onderzoeksterrein te verbreden en de naam te veranderen. Het feit dat het RCN het onderzoek naar alternatieven wordt opgedrongen is van grote betekenis. Het onderzoek had ook ergens anders kunnen worden ondergebracht, of er had een aparte organisatie voor op gericht kunnen worden, maar op deze manier wordt het nucleaire onderzoeksinstituut als het ware van binnenuit uitgehold. “Ons geloof in kernenergie mogen wij natuurlijk houden”, zegt de technisch directeur Pelser nog.
KEMA: radioactief afval begraven in eigen tuin
In Arnhem verschijnt in De Nieuwe Krant een artikel over radioactief afval op het terrein van de KEMA en sterfgevallen van kinderen die daar mee gespeeld zouden hebben. Een week later, na aanvankelijk alles ontkend te hebben, graaft de KEMA drie kuilen leeg en 18 kilogram radioactief afval op. Aan de hand daarvan concluderen ze dat op het hele terrein 3 kilo uranium en 5 kilo thorium ligt. Al snel blijkt dat het ook om andere radioactieve stoffen gaat, waaronder cesium en kobalt. Een plan zal worden ontwikkeld om alles op te graven. Al in 1973 was bij een aantal ministeries bekend dat er radioactief materiaal (afkomstig van proeven met de nulenergiereactor) op het terrein was begraven in de periode 1956-1972. Verontruste bewoners organiseren zich in de actiegroep ‘KEMA-afkeur’. Op 2 december demonstreren ruim 500 mensen in Arnhem onder het motto 'Geen vergunning KEMA - Stop Kernenergie' De KEMA wil graag een nieuwe vergunning voor het experimenteren met radioactieve stoffen.
Geen gerechtelijk onderzoek begraven KEMA-afval
Eindelijk stuurt minster Ginjaar (V&M) de langverwachte notitie naar de Kamer over het radioactief afval op het KEMA-terrein. Hoewel er volgens de minister geen dringende redenen zijn het afval te verwijderen, doet het algemeen milieuhygiënisch beleid, namelijk het beperken van het aantal stortplaatsen van afval, hem toch besluiten dat het “ongewenst“ is “dat de begraafplaats van afval op het terrein van de KEMA blijft bestaan”. De KEMA beloofd nog voor het einde van het jaar een opgraafplan te hebben en schat de kosten van het opgraven tussen de half en 1 miljoen gulden. De gemeente (Arnhem) spreekt zich vervolgens uit voor een gerechtelijk onderzoek naar de handelswijze van de KEMA en vraagt vervolgens de Minister zo’n (voor)onderzoek in te stellen. Pas op 15 oktober komt er (na aandringen) een reactie van de minister: er komt geen gerechtelijk onderzoek. Ook de Officier van Justitie beslist in februari 1981 dat er geen gerechtelijk onderzoek komt: opzet is niet bewezen en de overtredingen zijn verjaard.
KEMA: kinderen kunnen toch met afval gespeeld hebben
De KEMA geeft voor het eerst toe dat het inderdaad mogelijk was voor kinderen om op en in de kuilen met begraven radioactief afval te spelen. B&W van Arnhem blijkt het oneens te zijn met de stelling van de minister van V&M dat er 21 kinderen met afval uit de kuilen gespeeld hebben (waarvan er inmiddels 3 zijn overleden aan kanker) en stellen dat dat er maar 11 waren. Dan is 25% wel een erg hoog percentage, zo stellen ze in een brief aan de minister.
KEMA: afvalplan goedgekeurd maar toch uitstel
De minister van V&M keurt het opgraafplan van de KEMA goed.. De KEMA is van plan om in maart (maar dat wordt al snel mei te beginnen met het opruimen van de kuilen met radioactief afval op haar terrein. Men denkt drie maanden nodig te hebben, 1400 kubieke meter af te graven en de kosten worden geraamd op f 5 miljoen. Al het radioactief afval zal naar de ECN worden vervoert, en vervolgens bij de eerst volgende gelegenheid in zee worden gedumpt. KEMA gaat echter niet eerder beginnen met opgraven voordat er een garantie is van de minister en van de ECN dat het opgegraven afval naar de ECN en in zee gedumpt kan worden. En dit jaar lukt dat niet meer, dus wacht de KEMA met opgraven.
KEMA begint met opgraven afval
Nadat de KEMA op 15 februari schriftelijk bevestigd krijgt dat er in 1982 nog afval in zee gedumpt mag (en gaat) worden, beginnen nu de opgravingen. Voor het opgraven is een grote op rails verplaatsbare overkapping gebouwd en zijn 40 bomen gekapt. De verwachte kosten zijn opgelopen tot 6 miljoen gulden. Ondertussen zijn er nog meer dan de 22 door de KEMA zelf aangewezen kuilen met verdacht afval gelokaliseerd op het terrein. De opgravingen duren tot/en met juli en regelmatig zijn er onverwachte vondsten, maar het eindrapport komt pas in april 1983.