In de regeringsverklaring van het nieuwe Kabinet-Van Agt II, zegt de premier dat Nederland uit Kalkar zal stappen “zodra dat contractueel mogelijk is“ en tot die tijd de bijdrage tot een minimum zal beperken. De Duitsers reageren niet verbaasd; de Nederlandse bedenkingen zijn immers bekend. De SEP laat weten dat eruit stappen niet mogelijk is, om te stoppen met het project is de goedkeuring nodig van alle drie partners (Nederland, België en de Bondsrepubliek). Maar het kabinet valt al een jaar later, en in het overdrachtsdossier aan z’n opvolger schrijft Van Agt in november 1982 dat Nederland in Kalkar moet blijven omdat anders de relatie met Duitsland verstoort zou kunnen raken: “De Nederlandse houding moet niet tot ongewenste politieke consequenties leiden.“