8 juli 1957
De KEMA commissie Roodenburg (om de types reactoren te onderzoeken die voor elektriciteitsproductie in Nederland in aanmerking komen), stelt als reactie op de Kernenergienota van Zijlstra dat in 1962 bij Geertruidenberg de eerste reactor (100MW) stroom moet gaan leveren en daarna in 1964 bij Harderwijk een 200 MW reactor in bedrijf moet komen. De kosten van de centrale die door de PNEM gebouwd zal gaan worden, zijn ongeveer f 180 miljoen. De hogere prijs per kilowatt, moet, zo vindt de industrie, natuurlijk niet alleen door de afnemers in Brabant opgebracht worden. De PLEM en Buggenem worden niet meer genoemd.