Kerncentrale moet mogelijk zijn in bestemmingsplan
Het Rijk wil dat Rotterdam de komst van een kerncentrale op de Maasvlakte niet onmogelijk maakt in haar bestemmingsplan. Volgens het zgn. ‘Waarborgingbeleid vestigingsbeleid kerncentrales’ moet de vestigingsplaats mogelijk blijven. De gemeente heeft dat, met goedkeuring van de provincie, in haar bestemmingsplan onmogelijk gemaakt.
Rapportage storingen in kerncentrales 1989
De Kernfysische Dienst rapporteert op 16 augustus 1990 het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1989. Daaruit blijkt dat er in 1989 in totaal 32 storingen zijn geweest; 25 in Borssele en 7 in Dodewaard. Voor het eerst is er de INES-schaal (International Nuclear Event Scale) aan de hand waarvan de storingen worden beoordeeld. Het is nog een proefperiode voor deze door IAEA en NEA/OECD ontwikkelde methode, “opgesteld om op een consequente wijze de ernst van een storing of ongeval in een kerncentrale te omschrijven.“
Ook nieuwe eigenaar voor Borssele
Nadat Dodewaard in oktober al van eigenaar is verandert wordt nu ook productie sector van de PZEM (o.a. de kerncentrale Borssele) overgedragen aan de EPZ (Elektriciteits-Productiemaatschappij Zuid-Nederland, een fusie van de provinciale bedrijven van Noord-Brabant, Limburg en Zeeland). Volgens de nieuwe Elektriciteitswet uit 1989 moeten productiebedrijven zich bundelen en een minimum productie-capaciteit hebben van 2500MW. Het overdragen van de vergunning in het kader van de Kernenergiewet wordt in de nieuwe Elektriciteitswet in een speciale paragraaf geregeld.
Reparatie Dodewaard
Een jaar later dan gepland (op het laatste moment werd er in 1989 geen vergunning afgegeven) wordt in Dodewaard begonnen met de definitieve afsluiting van een ‘stomp’ waarin in 1986 een haarscheurtje was ontdekt. Een ‘huzarenstukje’ wordt het genoemd. Het aansluitpunt (waar veel om te doen is geweest) was na de ontdekking provisorisch afgedicht en nu komt er een grafietplug in.
Het korte geheugen van bewindslieden
Nieuwe ministers, nieuwe plannen. De nieuwe minister van EZ is Andriessen, een warm voorstander van kernenergie, maar niet met erg veel historische besef. In een radio-interview zegt hij het volgende als hem gevraagd wordt of er dan weer “een soort Brede Maatschappelijke Discussie komt over kernenergie”: “De burger zal zich… ongetwijfeld zal die eh eh… Nou weet ik niet of er zo’n eh, dat was iets van de jaren ’70, was dat niet van eh…., wie was dat ook al weer die…. eh….“ Interviewer: “De Brauw.“ Andriessen: “De Brauw juist. De Brauw, ja die…. Ja, dat is iets van de jaren ’70. Een wat ongeorganiseerde eh, eh, eh, methode van discussieren. Ik probeer dat toch wel wat georganiseerd te doen en natuurlijk zullen we luisteren naar de opinie van mensen. Maar eerst de feiten.“
Vierjaren programma instandhouding nucleaire competentie
In 1989 vragen 6 bedrijven samen aan het ministerie van EZ “een subsidie beschikbaar te stellen van minimaal f 25 miljoen voor de periode 1 januari 1990 tot 31 december 1993“ voor PINC, ‘Programma Instandhouding Nucleaire Competentie’. Het samenwerkingsverband wordt gevormd door: ECN, IRI, Delft, KEMA, GKN, en NUCON (“mede namens Comprimo en Neratoom“). De 25 miljoen wordt inderdaad toegezegd waarvan 5 miljoen al in 1990 besteed kan worden. Het onderzoek gaat voornamelijk over nieuwe reactortechnologie en dan specifiek de SWBR (Simplified Boiling Water Reactor).
Rampenplan voor Borssele
Er wordt (eindelijk) een rampenplan voor de omgeving van de kerncentrale in Borssele gepresenteerd; het is de regionale uitwerking van het Nationaal Plan Kernongevallenbestrijding. ‘Eindelijk’, omdat sinds het opstarten van de centrale in 1973 het ontbreken van een rampenplan een belangrijk kritiekpunt is geweest. En hoewel er in 1987 een rampenplanoefening is geweest, viel daar nogal wat op aan te merken. Ook op dit plan, overigens. Bij het scenario als gevolg van het ernstigste ongeluk (hoewel de kritiek is dat het nog lang niet het ernstigst denkbare ongeluk is), worden alleen mensen binnen een cirkel van 5 km geëvacueerd. Tussen 5-10 km worden jodiumtabletten uitgedeeld en in een cirkel tussen 10-20 km moet iedereen binnen blijven en deuren en ramen gesloten houden. Critici zeggen dat na Tsjernobyl wel aangetoond is dat die 5km zone veel te weinig is, en minstens 30 km zou moeten zijn. Er is ook geen rekening gehouden met het uitbreken van paniek, het op de hoogte stellen van een ongeluk is te weinig uitgewerkt en de tijd die men na het bekend worden van een ongeval heeft voor het nemen van maatregelen wordt veel te rooskleurig voorgesteld.
Mag afval ondergronds opgeslagen worden?
Milieuminister Hans Alders (PvdA) besluit de afvaldiscussie te verbreden. Hij kondigt aan dat nu niet meer alleen over de opslag van radioactief afval gepraat zal worden, maar ook over de opslag van zogeheten niet-verwerkbaar chemisch afval. Hij staakt de TOR (Toetsingscriteria Ondergrondse berging Radioactief-afval)-procedure en brengt dit onder bij een actiepunt (actie 62) van het Nationaal Milieubeleids Plan (NMP), namelijk de vraag of en zo ja onder welke voorwaarden afval ondergronds mag worden opgeborgen. Er “zal voor de uitvoering van actie 62 een overeenkomstige procedure worden gevolgd als voor de ontwikkeling van het toetsingscriterium was voorzien.“ Eind 1991 verwacht de minister het regeringsstandpunt vast te stellen.
GKN 25 jaar oud
De GKN bestaat 25 jaar en op een symposium wordt de lofzang gezongen over het ontwerp van de centrale in Dodewaard en hoe die model zal gaan staan voor de nieuwe generatie passief-veilige reactoren.. ‘Inherent veilig’ worden ze ook graag genoemd, maar Arnold, directeur Dodewaard, zegt: ”Inherent veilig bestaat niet en zal ook nooit bestaan“ Hij veronderstelt wel dat de passief veilige centrale, gebaseerd op Dodewaard, (de SBWR) vanaf 1995 in productie zal worden genomen. Optimisme is ook te horen over de kansen om kerncentrales te bouwen: “Kernenergie draagt bij tot een schoner milieu“ wordt veelvuldig gehoord als antwoord op een grotere aandacht voor milieuproblemen in de samenleving.
Namibië onafhankelijk; proces stopgezet
Zuid-Afrika trekt zich terug uit Namibië dat onafhankelijk wordt. Dit heeft onder meer tot gevolg dat het proces aangespannen door de VN Raad voor Namibië tegen de Nederlandse Staat en Urenco wegens invoer en verwerking van door Zuid-Afrika in Namibië gestolen uranium, zonder uitspraak wordt stopgezet.