SEP: KCB door modernisering langer open
Na een voorzetje in de zomermaand van Andriesssen dat de Borssele centrale wel tot 2007 open kan blijven, kopt de SEP de bal in: de modificatie kan alleen doorgaan als de centrale langer de investering (die ondertussen opgelopen is tot f 467 miljoen) terug kan verdienen. Daarom moet de bedrijfsduur tot 2007 verlengd worden. Maar de aandeelhouders zijn verdeeld: de EZH (Z-Holland) vindt dat voor die f 467 miljoen ook een grote, moderne warmtekrachtcentrale is te bouwen die veel langer mee gaat. Ook de UNA (Utrecht en Noord-Holland) vindt dat sluiting geen ramp zou zijn, er staan voldoende nieuwe productie-eenheden opstapel zodat modernisering niet langer perse noodzakelijk is. Daarom zijn er 10 ontbindende voorwaarden aan de goedkeuring, o.a. dat de modernisering in elk geval in 1997 afgerond moet zijn en de kosten niet boven de f 467 miljoen mogen uitkomen, en dat moet duidelijk zijn voor de definitieve beslissing, eind 1994 als de vergunningsprocedures afgerond zijn.
OPLA: 7 zoutkoepels geschikt
De OPLA komt met het 'Aanvullend Onderzoek Fase 1'. De totale kosten van het Aanvullend Onderzoek zijn opgelopen tot 29 miljoen gulden (oorspronkelijk was Fase 1 begroot op f 17 miljoen en een looptijd van twee jaar, nu heeft het in totaal bijna 10 jaar geduurd en f 66 miljoen gekost). Een belangrijk thema in dit rapport zijn de rekenmodellen om de veiligheid van de opslag te kunnen berekenen. Van de geleverde kritiek op de modellen, de onzekerheid van model voorspellingen, is weinig in het rapport terug te vinden. Dat, terwijl de conclusie in een RIVM studie (in gewoon Nederlands) is dat veiligheidsmodellen niet kunnen worden getoetst omdat daarvoor dertig tot vijftig procent van de totale opslagtijd van enkele honderdduizenden jaren nodig is.
Een bijlage geeft een nieuwe lijst van geschikte zoutkoepels, gemaakt door het RGD. De algemene voorwaarden waar opslag in zout aan moet voldoen zijn gewijzigd en aan deze eisen voldoen 7 zoutkoepels: Ternaard in Friesland; Zuidwending, Pieterburen, Onstwedde en Winschoten in de provincie Groningen; Schoonlo en Gasselte-Drouwen in Drenthe. Op ambtelijk niveau komt er geen advies om over te gaan tot proefboringen en de Tweede Kamer neemt het OPLA advies voor kennisgeving aan.
"U kunt wel gaan"
C.D. Andriesse, werkzaam bij de KEMA en hoogleraar elektriciteitsleer in Utrecht, wordt te kennen gegeven dat hij beter een andere baan kan zoeken en andere financiering van zijn hoogleraarschap (nu nog betaald door de VDEN). Dat heeft te maken met zijn kritische blik op kernenergie. Hoewel hij altijd voorstander is geweest van kernenergie, komt hij de laatste tijd in het nieuws met uitspraken over de mogelijkheid dat ook de kern van een lichtwaterreactor (zoals Dodewaard en Borssele) kan smelten. Dat wordt ’m niet in dank afgenomen. “Zowel KEMA als de VDEN is een onderdeel van de atoomlobby”, zegt hij.
‘Dossier’ als bouwsteen besluitvorming volgend kabinet
"Daar het kabinet al in een vroegtijdig stadium heeft laten weten tijdens haar zittingsperiode geen initiatieven te zullen nemen die gericht zijn op eventuele besluitvorming over nieuwe kerncentrales is dit aspect in dit dossier niet aan de orde. Ook wordt niet ingegaan op de relatie tussen de kernenergie en de bredere beleidsproblematiek van de elektriciteitsvoorziening en de energievoorziening meer in het algemeen. Deze zogenaamde veiligheidsaspecten met betrekking tot kernenergie zijn immers pas relevant, wanneer ten principale de vraag is beantwoord of uitbreiding van de nucleaire capaciteit in ons land wel mogelijk is.“
Met als doel “bouwstenen aan te reiken voor de besluitvorming over kernenergie“ voor het volgend kabinet, publiceert minister Andriessen (EZ) samen met de ministers van VROM (Alders), Sociale Zaken en Werkgelegenheid (de Vries), en Buitenlandse Zaken (Kooijmans) het 'Dossier Kernenergie'.
Belangrijke conclusies uit de achterliggende onderzoeken zijn o.a.
- de nu leverbare Westerse reactoren zijn veilig genoeg (al is er misschien een aanpassing noodzakelijk bij het omhulsel -containment);
- de geavanceerde “passief veilige“ reactoren van de “tweede generatie“ die “omstreeks 1995“ op de markt komen, voldoen zeker aan de Nederlandse veiligheidseisen;
- opberging van radioactief afval in zoutvoorkomen is “technisch haalbaar“ en kan naar verwachting “op veilige wijze“ geschieden. Maar maatschappelijk verzet maakt dat “definitieve opberging in steenzout thans niet zonder meer binnen bereik ligt.“
- milieu en proliferatie bezwaren van kernenergie zijn volgens het ‘Dossier’ niet noemenswaardig.
De Algemene Energieraad (AER) komt eind januari met een ‘Advies naar aanleiding van het dossier kernenergie’ dat stelt dat een snel besluit over nieuwe kerncentrales helemaal niet noodzakelijk is: ingebruikname van kerncentrales voor 2010 zou, mede gezien de plannen voor warmte-kracht-koppeling, zelfs tot overcapaciteit leiden.
Nieuwe vergunning voor nieuwe rechtspersoon: Urenco NL BV
De minister van EZ geeft Urenco de op 26 maart aangevraagde vergunning voor een capaciteitsuitbreiding tot 2.500 ton (scheidingsarbeid per jaar). Met deze vergunning mag Urenco de al bestaande SP4 uitbreiden tot 1500 (was 1085) en een nieuwe fabriekshal bouwen (de SP5) met een maximale capaciteit van 1000 ton. Ook zijn met deze nieuwe vergunning de “voorheen apart bestaande vergunningen“ voor de verrijkingsfabrieken (op naam van Urenco Nederland vof) en het laboratorium (van UCN NV) samengevoegd. Dit heeft te maken met het feit dat alles vanaf 31 augustus over gegaan is naar een nieuwe rechtspersoon: de Urenco NL BV.
Urenco Nederland BV is nu 1 van de vier 100% dochters van de Britse holding Urenco Ltd.: de andere drie zijn Urenco UK Ltd, Urenco Deutschland GmbH, en LES (Louisiana Energy Services). Urenco NL is natuurlijk nog wel voor 98,9 % eigendom van de Nederlandse Staat.
Rapportage storingen kerncentrales 1993
In 1993 hebben zich in de Nederlandse kerncentrales 33 storingen voorgedaan: 21 in Borssele, 12 in Dodewaard. Dit blijkt uit het jaarlijkse overzicht over de storingen in de kerncentrales in 1993 van de Kernfysische Dienst publiceert op 10 oktober 1994.
Vergunningsaanvraag modificatie Borssele
De ‘vergunningaanvraag inclusief milieueffectrapportage inzake wijziging van de kernenergiecentrale Borssele’ wordt door EZ gepubliceerd. Het gaat o.a. “om het onderbrengen van veiligheidssystemen in een speciaal gebouw, inclusief een reserve-regelzaal(…); het aanbrengen van een speciaal drukontlastsysteem voor het containment met filter.“
HFR in problemen door weigering LEU
Actualiteiten-rubriek Brandpunt onthult dat het opslagbassin voor brandstof uit de HFR in Petten, als er geen oplossing wordt gevonden, over twee jaar vol zal zitten. Dat zal sluiting van de reactor betekenen. Belangrijkste oorzaak is de weigering om over te schakelen (conversie) naar laagverrijkt uranium. De HFR gebruikt nu nog hoogverrijkt uranium (HEU), maar omdat dat zeer proliferatiegevoelig is, wil Amerika, die de brandstof levert (en weer terugneemt) dat de HFR omschakelt naar LEU. Dat eist de VS al 10 jaar, maar overschakelen wil men (Euratom, de eigenaar) liever niet: er moeten nieuwe vergunningen aangevraagd worden, en, zo wordt gezegd, Mallinckrodt zal de dupe zijn want “Molybdeen kan niet met LEU geproduceerd worden.“ Ook ECN, die de reactor gebruikt, zit niet op omschakeling te wachten.
Urenco: vergunning voor vernietigde vergunning vernietigd
De op 13 januari 1992 aan Urenco afgegeven vergunning voor 1300 ton wordt door de Raad van State vernietigd. Die (eigenlijk tijdelijke) vergunning was afgegeven toen Urenco op een gedoogvergunning draaide omdat op 18 april ‘91 de vergunning voor 3500 t door de Raad van State vernietigd was. Een nieuw succes voor de milieubeweging na 7 jaar juridische strijd. Omdat de recent afgegeven vergunning voor 2500 ton is geschorst heeft Urenco nu alleen een vergunning uit 1981 voor 1000 ton, terwijl het nu een feitelijke capaciteit heeft van 1500 ton De milieubeweging waarschuwt dat nieuwe juridische stappen niet uit te sluiten zijn en dat een nieuwe gedoogvergunning uit den boze is. Urenco Nederland vraagt wel meteen een nieuwe aan en deelt aan de ministers mee dat de fabriek laten draaien op de maximale capaciteit gedekt door de vergunning uit 1981 (1000 ton) "minstens een miljoen per week" kost. B&W van Almelo zijn in ieder geval niet van plan te vragen om sluiting van (een deel) van de verrijkingsfabriek. “Op 7 maart hebben wij aan Urenco NL BV te Almelo een gedoogbeschikking toegezonden”, delen de ministers van EZ, VROM en SZ op 7 maart laconiek mee. Op 11 april wijst de Raad van State de schorsing van de vergunning voor 2500 ton af (en wordt de voorlopige schorsing opgeheven). Op 29 januari 1996 verliezen de milieuorganisaties uiteindelijk de bodemprocedure. Daarmee heeft Urenco NL een definitieve vergunning voor een maximale capaciteit van 2500 ton.
Tweede-Kamerverkiezingen, vorming kabinet-Kok
Bij deze verkiezingen doen zich grote verschuivingen voor. PvdA en CDA verliezen fors, waardoor de zittende coalitie haar meerderheid verliest. Grote winnaar is verder D66, terwijl ook de VVD flink stijgt. Nieuw zijn de Socialistische Partij (SP) en twee ouderenpartijen. In augustus wordt het kabinet-Kok gevormd, door PvdA, D66 en VVD (‘Paars’). Dit is het eerste kabinet zonder confessionele deelname sinds 1918.
Het CDA is de enige partij die (in haar program) de uitbreiding van kernenergievermogen bespreekbaar wil houden. Van D66 en SGP mogen de bestaande centrales tot het einde van de economische levensduur open blijven, van PvdA en GroenLinks en nieuwkomer SP moeten ook de bestaande centrales dicht. VVD zegt er niets over.