Einde derde poging nieuwe kerncentrale(s) Borssele
Voor de derde keer sinds de vroege jaren '70 van de vorige eeuw komt er een einde aan de plannen om in Borssele een tweede kerncentrale te bouwen. Toch nog een beetje onverwacht –Delta had immers in december van zijn aandeelhouders een half jaar gekregen voor het verder ontwikkelen van de plannen- maakt het bedrijf bekend dat ze "de eerstkomende jaren geen mogelijkheden" ziet "een tweede kerncentrale in Zeeland te realiseren."
Als reden geeft Delta op een combinatie van de financiële crisis, de hoge investeringen die nodig zijn voor een kerncentrale, het huidige investeringsklimaat en de huidige overcapaciteit op de elektriciteitsmarkt met lage energieprijzen. "Daarom zijn zowel Delta als zijn partners tot de conclusie gekomen dat er momenteel onvoldoende zekerheden zijn om tot de voorbereiding en bouw van een nieuwe kerncentrale over te kunnen gaan."
Delta spreekt zelf van een periode van 2 tot 3 jaar, waarna "als de omgevingsfactoren verbeteren" het project opnieuw opgepakt kan worden.
Maar de mededeling eindigt alsof dit toch echt wel het definitieve einde van de plannen is, maar ze het zelf nog niet willen weten: "Een kerncentrale zou op z'n vroegst pas in 2020 operationeel zijn. Nu de bouw van de tweede kerncentrale uitgesteld is, heeft Delta tijd om de effecten op de strategie goed te evalueren. Er zijn diverse opties die een kortere implementatie tijd hebben dan kernenergie. Voor Delta blijft uitgangspunt CO2-neutrale opwekking in 2050."
Enkele dagen later laat ook RWE weten niet verder te gaan met de voorbereidingen voor een tweede kerncentrale in Borssele. De nieuwe bestuursvoorzitter, de Nederlander Peter Terium had in een interview, gepubliceerd twee dagen voor de mededeling van Delta, aangegeven dat het bedrijf niet verder gaat: "Geen politieke garanties, geen goede businesscase. Zolang de politieke en economische kaders niet zijn opgelost, zullen we geen energie steken in een tweede Borssele". Hiermee leek het lot al bezegeld, omdat, zo werd algemeen aangenomen, RWE Delta's partner zou worden voor de realisering van de plannen.
Minister Verhagen reageert een beetje teleurgesteld als hij ruim een week later in een brief naar de Kamer stelt dat de vergunningsprocedures worden stopgezet; "voor het kabinet is en blijft uitgangspunt dat kernenergie een rol kan spelen in de energiemix".
Bij die 'omgevingsfactoren' die Delta ertoe beweegt te stoppen met de plannen, hoort zeker ook de publieke opinie die in het jaar daarvoor veel negatiever is geworden over een tweede kerncentrale. Een groep die een belangrijke rol heeft gespeeld in het doorbreken van de idee dat 'de Zeeuwen' voor een nieuwe kerncentrale zijn, is het Zeeuws Comité Borssele2Nee, een samenwerkingsverband van voornamelijk Zeeuwse organisaties, politieke partijen en individuen. Het Comité heft zich in maart op, maar zegt als er reden toe is, zeker weer actief te worden.
Nieuw opwerkingscontract kerncentrale Borssele
Op 20 april wordt er een bilateraal gedrag getekend tussen Frankrijk en Nederland over het terugzenden van radioactief afval. Een dergelijk verdrag is noodzakelijk omdat er op 20 december 2011 een nieuw verdrag getekend is door EPZ en Areva over de opwerking van alle resterende brandstof uit de kerncentrale in Borssele in de Franse opwerkingsfabriek La Hague.
Op 5 juni wordt het bilaterale verdrag gepubliceerd; opwerkingsverdragen worden niet gepubliceerd, die blijven geheim. Uit het verdrag blijkt dat voor eind 2049 de laatste brandstof naar Frankrijk vervoerd moet zijn en dat uiterlijk eind 2052 al het afval naar Nederland moet zijn teruggezonden. Alhoewel die laatste datum niet erg duidelijk is, want er staat ook in het verdrag: "Voorzien is dat de verwerking van de gebruikte splijtstoffen plaatsvindt binnen een tijdsbestek van zes jaar, te rekenen vanaf het jaar van aankomst ervan bij de fabriek te La Hague." en dan nog "Voorzien is dat de terugzending van dit radioactief afval uiterlijk plaatsvindt na het verstrijken van een termijn van acht jaar na de verwerking van de desbetreffende gebruikte splijtstoffen". En dat lijkt 14 jaar. Dat zou betekenen dat als EPZ in 2049 afval naar La Hague vervoert, Areva 14 jaar de tijd heeft -dus tot 2063- voor dat afval teruggezonden hoeft te worden.
Een nieuw opwerkingscontract is noodzakelijk voor de brandstof die ontstaat omdat de kerncentrale Borssele langer open mag blijven. Nogal voorbarig omdat daar nog geen vergunning voor is. EPZ kiest uitdrukkelijk voor opwerking en niet voor directe opslag van de splijtstof.
Minister stopt procedure voor nieuwe kerncentrales
Een half jaar nadat de bedrijven in de race voor nieuwe kerncentrales in Borssele de vergunningsaanvragen hebben stopgezet, stopt nu ook het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie officieel met de vergunningsprocedure. Dit laat het ministerie weten aan iedereen die bezwaar had gemaakt tegen de reikwijdte en detail milieueffectrapportage. "Op het ogenblik dat één van beide initiatieven opnieuw wordt opgepakt of zich een nieuw initiatief aandient, zal een MER opgesteld moeten worden. Dan wordt onderzocht of er nieuwe omstandigheden en gewijzigde inzichten zijn die actualisatie van het advies van de Commissie voor de milieueffectrapportage noodzakelijk maken."
Provincie N-Holland: 40 miljoen voor Pallas
Provinciale Staten van Noord-Holland gaat akkoord met een subsidie van 40 miljoen euro aan NRG voor de ontwikkeling en vergunningsaanvraag van de nieuwe Pallas reactor, de opvolger van de HFR. GroenLinks en de Partij voor de Dieren vinden dat een verkeerde keus. Volgens hen investeert Noord-Holland hiermee in een technologie met veel nadelen, terwijl er alternatieven zijn. Maar vooral de ‘internationale uitstraling’ is belangrijk voor de provincie (en NRG natuurlijk ook). Daarmee geeft men steeds meer toe dat die alternatieven er wel zijn, maar dat ze daar niet voor kiezen. Er wordt nu voor het eerst een bedrag van 600 miljoen genoemd dat met het project gemoeid zou zijn; in januari, toen de landelijke overheid 40 miljoen gaf, werd 500 miljoen genoemd. Twee jaar geleden was het nog 250 miljoen.
Opnieuw verkiezingen; VVD-PVDA kabinet
Deze vervroegde 2de Kamerverkiezingen zijn nodig geworden door de val van het kabinet-Rutte-Verhagen. Dat kabinet viel op 21 april 2012 toen premier, vice-premier en fractievoorzitters van VVD, PVV en CDA geen overeenstemming wisten te bereiken over een pakket aan bezuinigingen voor 2013. Bij de verkiezingen kon worden gestemd op kandidaten van 21 partijen, waaronder elf nieuwe partijen. Eén nieuwe partij, 50Plus, maakt met twee zetels haar intrede.
De VVD wordt net als in 2010 de grootste partij. De PvdA wint flink, maar blijft drie zetels achter bij de VVD. Grote verliezers zijn de PVV (min negen), het CDA, dat opnieuw acht zetels verliest, en GroenLinks dat van tien naar vier zetels gaat.
Op 5 november 2012 wordt het VVD-PvdA kabinet-Rutte-Ascher beëdigd. Anders dan in het vorige regeerakkoord wordt en in deze ('Bruggen slaan') niets gezegd over kernenergie of nieuwe kerncentrales. Het kabinet heeft, net als haar voorganger, geen meerderheid in de Eerste Kamer. Kernenergie was in de verkiezingsprogramma's ook al minder prominent aanwezig, al hadden een aantal partijcongressen de standpunten nog flink aangescherpt.
PS Groningen: Motie tegen reservering Eemshaven
In de PS van Groningen wordt met grote meerderheid een motie aangenomen waarin wordt gesteld dat afgezien moet worden van Eemshaven als mogelijke locatie van een nieuwe kerncentrale. Een degelijke bestemming belemmert de economische ontwikkeling. Eerder had het noordelijke platform van energiesector, Energy Valley, in hun brief Uitgangspunten Energieparagraaf Regeerakkoord al gepleit voor het opheffing van de planologische reservering. De Eemshaven is een van de drie gereserveerde locaties voor een kerncentrale. De andere twee zijn de Maasvlakte en natuurlijk Borssele.
Het bijzondere aan de motie is de steun van de VVD die op landelijk niveau juist die reservering in stand houdt. Maar het ‘waarborgingsbeleid kerncentrales’ is landelijk beleid, provincies (en gemeentes) hebben daar niets over te zeggen heeft. Integendeel, keer op keer zijn provincies door de landelijke overheid op de vingers getikt als ze in bestemmingsplannen geen rekening dreigden te gaan houden met de mogelijke komst van een kerncentrale.
Rapportage storingen in Nederlandse nucleaire installaties
In 2012 hebben zich in de Nederlandse nucleaire inrichtingen 10 ongewone gebeurtenissen voorgedaan die van belang zijn op de nucleaire veiligheid: drie daarvan bij de kerncentrale in Borssele. Bij de overige nucleaire installaties in Nederland waren zeven ongewone gebeurtenissen: 2 in de HFR, 1 in overige NRG-installaties, 1 bij Malinckrodt Medical in Petten, 1 bij de COVRA, 1 bij Urenco en 1 met een transport. Bijzonder is dat er melding wordt gemaakt van 2 zoekgeraakte radioactieve bronnen die verdwijnen tijdens transport naar of in Nederland.
Dit alles blijkt uit het jaarlijkse overzicht van de Kernfysische Dienst over de ongewone gebeurtenissen in de nucleaire installaties in 2012. Het wordt op 9 september 2013 door het Kabinet aan de Kamer gestuurd. Het is waarschijnlijk het laatste jaarlijkse overzicht in deze vorm, want, zo staat te lezen: "Het door de overheid actief informeren van burgers maakt ontwikkelingen door. Er is meer transparantie en er wordt sneller gerapporteerd. Daarom worden sinds begin 2013 de ongewone gebeurtenissen in de nucleaire bedrijven actueel op de website van de ILT geplaatst."
Bedrijfsduurverlenging kerncentrale Borssele tot 2034
24 oktober 2012 begint de procedure voor bedrijfsduurverlenging van de kerncentrale Borssele. Die bedrijfsduur tot 2034 is in juni 2006 afgesproken in het convenant tussen EPZ en het toenmalige kabinet, maar moet nu nog wettelijk geregeld worden. De minister van Economische Zaken, Kamp, laat weten dat het wel kan zonder milieueffectrapportage, omdat het alleen maar effectuering is van bestaand beleid en er eigenlijk niets veranderd. De 7 oude kerncentrales die Duitsland na Fukushima om veiligheidsredenen uit bedrijf nam, waren allemaal minder oud dan de nu al 39 jaar oude kerncentrale in Borssele. De Duitse kerncentrales die nog tot uiterlijk 2022 mogen draaien, zullen dan maximaal 34 jaar oud zijn. Dit terwijl de ook Duitse kerncentrale in Borssele (immers gebouwd door KWU Siemens) toestemming vraagt om 60 jaar in bedrijf te blijven.
Er komen ongeveer 3000 bezwaren tegen het voornemen van de minister. Op 18 maart geeft minister Kamp Borssele de definitieve vergunning tot 2034, zonder aan de centrale eis in de bezwaarschriften –een milieueffectrapportage- te voldoen.
Maar aan een van die voorwaarden in het convenant van 2006 is nog niet voldaan: het is onbekend of de kerncentrale bij de 25% veiligste reactoren in VS, Europa en Japan behoort, want het rapport van de 'benchmark-comsssie' die dat moet beoordelen is er nog niet.
Laka en Greenpeace gaan in mei 2013 bij de Raad van State in beroep tegen de vergunning.
Iraanse studenten en gevoelige informatie
Al vanaf januari 2008 procederen Iraanse studenten in Nederland tegen de zgh. Wijziging Sanctieregeling die iedereen met de Iraanse nationaliteit toegang verbiedt tot een vijftal nucleaire installaties (de onderzoeksreactoren te Delft en Petten, de kerncentrale te Borssele, Urenco en COVRA) alsook toegang tot bepaalde onderdelen van masteropleidingen aan Technische Universiteiten in Nederland. Nadat de wet nietig was verklaard (omdat het in strijd was met het verbod op discriminatie) werd in 2010 een iets gewijzigde wet opnieuw ingediend. Ook die wordt in allerlei instanties nietig verklaard maar Buitenlandse Zaken gaat, in plaats van een goede wet te maken, in cassatie bij de Hoge Raad. In december 2012 oordeelde de Raad dat Nederland (nog steeds) discrimineert door voor wetenschappers met een Iraanse komaf extra drempels op te werpen.
In mei 2013 laat minister van Onderwijs Bussemaker weten dat nu weten dat er een oplossing is: Nederland zal geen onderscheid meer maken, nu moeten alle studenten of wetenschappers een ontheffing aanvragen voor specialistische vakgebieden met toegang tot gevoelige informatie.
Nederland wil Urenco-deel verkopen
Er waren al langer geruchten, maar nu blijkt uit een brief van minister van Financiën Dijsselbloem dat ook Nederland haar deel van Urenco wil verkopen. De brief staat vol met voorwaardes waaraan de verkoop moet voldoen, vooral de "borging van de publieke belangen". De minister zegt het zelf al: "Wel betekent een verkoop van een meerderheid van de huidige overheidsaandelen dat de controle over URENCO verdwijnt die het huidige overheidsaandeelhouderschap met zich brengt." Maar daarom, staat in de brief, zal er "een instrumentarium moeten komen dat het mogelijk maakt de publieke belangen, die nu middels meerderheid van de aandelen in overheidshanden geborgd worden, op een andere wijze te borgen."
Afgezien van een korte periode in de jaren '90 heeft Nederland altijd besloten 100% aandeelhouder te blijven van hun deel (met de fabriek in Almelo). Maar, zo blijkt uit de brief, nu het Verenigd Koninkrijk haar deel van Urenco wil privatiseren heeft het voor Nederland geen zin meer haar minderheidsaandeel te houden.
Er is echter veel weerstand in de Tweede Kamer tegen de verkoop waardoor verdere stappen vertraagd worden. Op 5 december vindt er een ronde tafel zitting plaats in het parlement met experts en belanghebbenden. Hier wordt een nieuwe optie te berde gebracht: niet verkopen maar bijkopen om een meerderheidsbelang te krijgen en op die manier de publieke en strategische belangen waarborgen.
Urenco is eigendom van Nederland, Verenigd Koninkrijk en twee Duitse bedrijven Eon en RWE en heeft uraniumverrijkingsfabrieken in Gronau, Capenhurst en Almelo.