Locatiekeuze

discussie over en procedures om een specifieke locatie te vinden voor een specifieke bezigheid

Contract voor HFR; RCN in Petten

16 mei 1956

Nadat in september 1955 door FOM aan 13 Amerikaanse bedrijven gevraagd was een offerte te maken, wordt op 16 mei het contract getekend met het Amerikaanse ACF voor de bouw van de Hoge Flux Reactor. Volgens een vertrouwelijke mededeling van de directeur van het RCN, Milatz, kost de HFR volgens het contract US$1.991.250,-. Een dollar is dan ongeveer 3 gulden en 60 cent. De Amerikaanse overheid ‘schenkt’ in juni overigens een bedrag van 350.000 dollar voor de reactor.
Een locatie voor de reactor is er echter nog niet. In oktober is er een lijst met 30 mogelijke locaties; op de Waddeneilanden, de Veluwe en de Zeeuwse eilanden. Op 14 december komt er een aanbeveling om het Reactor Centrum Nederland te vestigen in de duinen ten noorden van Petten. Het gebied is in handen van Staatsbosbeheer en 25 ha (met een optie op nog eens 50) wordt in erfpacht verkregen.




Kerncentrale in de NOP moet mogelijk blijven

16 mei 1994

Ook de provincie moet in haar Streekplan Flevoland de mogelijkheid open houden dat er een kerncentrale wordt gevestigd op de Westelijke Noordoostpolderdijk. Gedeputeerde Staten had in het streekplan de vestiging van een kerncentrale willen voorkomen zolang voor veiligheid en afval geen afdoende oplossingen worden geboden. Maar de minister houdt op advies van de Rijksplanologische Commissie vast aan dit ‘Waarborgingsbeleid’.




OPLA: 7 zoutkoepels geschikt

november 1993

De OPLA komt met het 'Aanvullend Onderzoek Fase 1'. De totale kosten van het Aanvullend Onderzoek zijn opgelopen tot 29 miljoen gulden (oorspronkelijk was Fase 1 begroot op f 17 miljoen en een looptijd van twee jaar, nu heeft het in totaal bijna 10 jaar geduurd en f 66 miljoen gekost). Een belangrijk thema in dit rapport zijn de rekenmodellen om de veiligheid van de opslag te kunnen berekenen. Van de geleverde kritiek op de modellen, de onzekerheid van model voorspellingen, is weinig in het rapport terug te vinden. Dat, terwijl de conclusie in een RIVM studie (in gewoon Nederlands) is dat veiligheidsmodellen niet kunnen worden getoetst omdat daarvoor dertig tot vijftig procent van de totale opslagtijd van enkele honderdduizenden jaren nodig is.
Een bijlage geeft een nieuwe lijst van geschikte zoutkoepels, gemaakt door het RGD. De algemene voorwaarden waar opslag in zout aan moet voldoen zijn gewijzigd en aan deze eisen voldoen 7 zoutkoepels: Ternaard in Friesland; Zuidwending, Pieterburen, Onstwedde en Winschoten in de provincie Groningen; Schoonlo en Gasselte-Drouwen in Drenthe. Op ambtelijk niveau komt er geen advies om over te gaan tot proefboringen en de Tweede Kamer neemt het OPLA advies voor kennisgeving aan.




Kerncentrale moet mogelijk zijn in bestemmingsplan

18 december 1989

Het Rijk wil dat Rotterdam de komst van een kerncentrale op de Maasvlakte niet onmogelijk maakt in haar bestemmingsplan. Volgens het zgn. ‘Waarborgingbeleid vestigingsbeleid kerncentrales’ moet de vestigingsplaats mogelijk blijven. De gemeente heeft dat, met goedkeuring van de provincie, in haar bestemmingsplan onmogelijk gemaakt.




Gevolgen van groot ongeluk

27 mei 1988

Het Kabinet stuurt opnieuw een aantal rapporten naar de Kamer in het kader van het project ‘Herbezinning Kernenergie’. Het zijn onderzoeken van het ECN over de gevolgen van een groot ongeluk: over aantallen slachtoffers (“geen directe doden, op korte termijn, bij ongunstige weersomstandigheden tussen 0-1000, op lange termijn neemt de kans om aan kanker te overlijden toe“) en over de economische schade na een groot ongeluk (“f 16 miljard, tenzij Rotterdam getroffen wordt door ongeluk in kerncentrale Moerdijk, dan f 30 miljard.“) Er is veel kritiek: de gevolgen worden enorm onderschat.




Verbod bestemmingsplan mag niet

25 mei 1987

De Kroon beslist dat het bestemmingsplan van de gemeente Borsele ten onrechte de komst van een kerncentrale verbiedt. De PZEM had beroep aan getekend tegen de beslissing van de gemeenteraad in 1982 om in een straal van 1000 meter van omliggende dorpen geen kerncentrale, productie van splijtstof of opwerking toe te staan. Bij de beslissing van de Kroon speelt ook mee dat de gemeenteraad aangeeft bereid te zijn het plan aan te passen als het kabinet tot de bouw van kerncentrales besluit.




Onrust Borsele over locatie Covra

11 februari 1987

De Covra belegt een besloten vergadering met de gemeenteraad van Borssele over hun plannen met het afvalverwerking en –opslag complex op de 29 hectare van de PZEM aangekochte locatie vlak achter de kerncentrale. Vooral het gebrek aan openheid van de Covra, in tegenstelling tot wat beloofd was, zet veel kwaad bloed. Het is de ouverture van veel onrust in het dorp. Als in de zomer van 1987 de bevolking geconfronteerd wordt met de precieze locatie (600 meter van de dorpskern) neemt de onrust nog verder toe.




Afvalcomplex naast kerncentrale in Borssele

18 juni 1986

Nadat Winsemius in april opeens had laten weten dat de Covra (en niet de verantwoordelijke ministers) de uiteindelijke locatie kan bepalen, kiest de organisatie nu voor een PZEM-terrein pal naast de kerncentrale in Borssele als de toekomstige locatie voor interim-opslag van radioactief afval. Belangrijkste overwegingen daarvoor zijn: minimale wederzijdse veiligheidsbeïnvloeding tussen omgeving en vestiging; kostprijstechnisch zo verantwoord mogelijk en eenvoud en eenduidigheid van de nog te nemen planologische en procedurele stappen. Winsemius gaat akkoord. De kosten voor de aankoop van het terrein worden geschat op 22 tot 26 miljoen gulden. In augustus was al een locatie-onafhankelijke MER aangevraagd. Door de Covra wordt verwacht dat “medio 1987 vergunningsaanvraag en MER zullen worden ingediend.“ Covra verwacht dat in 1990 het afval uit de opwerkingsfabrieken terug zal komen waar dan een speciale voorziening (de HABOG) voor klaar moet zijn.


Trefwoorden:


Besluitvorming kerncentrales opgeschort

7 mei 1986

Op 1 mei had de regering al laten weten dat de (op 21 april naar 6 mei uitgestelde) uitgebreide commissievergadering over de PKB vestigingsplaatsen zal worden uitgesteld. Op 7 mei wordt in de Tweede Kamer een motie aangenomen waarin de hele besluitvorming rond nieuwe kerncentrales wordt opgeschort om eerst meer informatie te verzamelen over het ongeval in Tsjernobyl.
De regering besluit echter de PKB wel te handhaven. Handhaven van die procedure heeft voor de regering een groot voordeel: na een besluit dat er nieuwe kerncentrales moeten komen, kunnen de vestigingsplaatsen meteen worden vastgesteld, zonder inspraak van de bevolking (die is immers al geweest). Dit gaat het zgn. ‘Waarborgingsbeleid vestigingsplaatsen kerncentrales’ heten.




'Truc' zorgt voor uitstel

21 april 1986

Vergadering van Kamercommissie voor EZ over vestigingsplaatsen voor nieuwe kerncentrales: gaat de Kamer akkoord met de PKB (Planologische Kernbeslissing) waarin 5 locaties genoemd worden? De PvdA komt met een aantal extra mensen en kan op die manier uitstel realiseren van het debat. CDA en VVD zijn woedend op deze ‘truc’ en stellen daarom voor de vergadering dan maar op de socialistische feestdag 1 mei te houden. Na wat soebatten wordt 6 mei afgesproken. Maar dan is de situatie ondertussen heel anders….




Inhoud syndiceren